HACH LANGE sc200 4-20, Руководство пользователя

Страница: 67 / 176

Bediening
Een 4-20 mA invoermodule configureren
Er moet een analoge module in de controller worden geïnstalleerd.
1. Bepaal welke uitvoer het aangesloten toestel gebruikt (0-20 mA of
4-20 mA). Deze informatie wordt gebruikt om de schaal in te stellen.
2. Bepaal waaraan de 20 mA waarde gelijk is (bijv. 100 psi).
3. Bepaal waaraan de ondergrenswaarde (0 of 4 mA) gelijk is (bijv.
10 psi). Deze informatie wordt gebruikt om het displaybereik in te
stellen.
4. Selecteer Sensor Setup in het menu Settings.
5. Selecteer Configure.
6. Update de opties.
a. Markeer een optie en druk op ENTER .
b. Geef een selectie op of update de gegevens.
c. Druk ENTER om de wijzigingen op te slaan.
Optie Omschrijving
Naam bewerken Bewerkt de modulenaam
Eenheden bewerken Bewerkt de meeteenheden
Parameter bewerken Bewerkt de parameternaam
Bereik weergeven
Voor de 0-20 mA schaal:
• Stel de 20 mA waarde in
• Stel de 0 mA waarde in
Voor de 4-20 mA schaal:
• Stel de 20 mA waarde in
• Stel de 4 mA waarde in
Stelt de waarden in die zijn gebruikt
voor de geselecteerde schaal
(0-20 mA of 4-20 mA)
Optie Omschrijving
Signalgemiddelde Stelt in hoe vaak signalen worden
gemiddeld. Hogere waarden
resulteren in een gladder signaal,
maar zorgen ervoor dat het langer
duurt voordat een signaal op een
wijziging in de proceswaarde reageert.
Rresolutie instellen—
X.XXX, XX.XX, XXX.X, XXXX Stelt het aantal decimalen in dat in de
weergave wordt gebruikt.
Schaal kiezen—
4-20 mA of 0-20 mA Stelt de schaal in die wordt gebruikt
voor de 4-20 mA invoer
Dataloginterval—5 sec, 30 sec,
1 min, 2 min, 5 min, 10 min,
15 min, 30 min, 60 min Stelt in hoe vaak data wordt gelogd
naar het geheugen van de interne
controller.
Standaard resetten—Druk op
ENTER om de configuratie-
instellingen te resetten of druk op
BACK om te annuleren. Reset de configuratie-instellingen naar
de standaardwaarden.
Kalibratie
Opmerkingen:
• De optie Reset Default Cal stelt de kalibratie-instellingen in op hun
standaardwaarden.
• Druk op de ZWARTE toets en vervolgens op ENTER om een
kalibratie te stoppen.
Voer een éénpuntskalibratie uit
1. Selecteer Sensor Setup in het menu Settings.
2. Selecteer Kalibratie.
3. Selecteer Kal Opties.
a. Selecteer de optie Stroom om de kalibratie uit te voeren door
middel van een mA-waarde, of
Nederlands 67