55
POWERDUCTION 50LG
NL
EERSTE INGEBRUIKNAME
Het apparaat wordt geleverd met een 8 m lange voedingskabel, voorzien van een 32A 5-polige 50Hz/60Hz stekker.
Voor een optimaal gebruik van het apparaat moet het aangesloten worden aan een elektrische installatie met een
beveiliging van 32A, en beveiligd volgens de geldende normen. Het apparaat wordt geleverd met een 32A naar 16A
adapter, die het mogelijk maakt de generator te gebruiken met een 16A aansluiting met een beveiliging die voldoet
aan de geldende normen, voor kortere taken zoals bijvoorbeeld het loskoppelen van moeren.
Zie de instructies voor het aansluiten op pagina 15.
1.
Draai de transportdop los, plaats de lans op z’n houder met de kabel op de grond.
2.
Schroef de inductor los.
3.
Vul bij met speciale koelvloeistof tot het maximale niveau.
4.
Schroef de inductor dicht.
5.
Sluit de generator aan, draai de hoofdschakelaar aan.
Het apparaat start op en geeft error aan.
6.
Druk op de knop vervangen van onderdelen (10).
Het koelcircuit start een zuiveringscyclus.
Zodra de cyclus is beëindigd, is het apparaat klaar om op te starten.
Vul indien nodig opnieuw koelvloeistof bij.
7.
Hersluit het reservoir met de meegeleverde vuldop.
GEBRUIKSINSTRUCTIES
1.
Draai de hoofdschakelaar (1) op de ON stand.
Het apparaat begint de opstartfase (duur 2 seconden).
2.
Druk op de knop «toestemming opwarmen» (2) beschreven op pagina 5. Het lampje op knop (2) en het LED lampje op
de lanshouder (12) gaan branden, en geven aan dat het apparaat klaar is om op te warmen.
3.
Leg de inductor (13) plat op het op te warmen (deel van het) werkstuk (plaats het open deel van de ferriet tegen het
op te warmen werkstuk).
4.
Druk op de knop (11) van het handvat om het opwarmen op te starten; beweeg indien nodig de inductor om een groter
oppervlak op te warmen.
-
Het is mogelijk om de vermogensinstellingen te wijzigen tijdens het opwarmen.
-
De display geeft voortdurend de temperatuur van de koelvloeistof aan.
-
Tijdens de opstartfase functioneren de pomp en de ventilator van het koelcircuit enkele seconden, om de correcte
werking te testen.
-
Laat na afloop van het opwarmen het koelcircuit de inductor afkoelen, alvorens het apparaat uit te schakelen.
-
De eenheid voor temperatuur van de koelvloeistof kan gewijzigd worden door het ingedrukt houden van de twee afs
-
telknoppen (4), tot de gewenste eenheid verschijnt (“ -F-” = Fahrenheit / “ -C- ” = Celsius). Bij het loslaten van de
knoppen is de wijziging direct van kracht en wordt deze opgeslagen.
Het apparaat is dusdanig ontworpen dat de risico's, veroorzaakt door elektromagnetische velden,
tot het minimum beperkt worden. Overige risico's blijven bestaan en het wordt aanbevolen om
een minimale veiligheidsafstand van 30 cm te bewaren tussen de inductor en het hoofd en de
romp van de gebruiker.
Standby-stand
Vanwege veiligheidsredenen schakelt het apparaat zelf, na 5 minuten non-actief te zijn geweest, de functie «toestemming
opwarmen» uit. Het groene lampje «toestemming opwarmen» en het LED lampje van de lanshouder gaan uit.
Druk, om de generator weer op te starten, op de knop «toestemming opwarmen» (2), of houd de knop van de lans (11)
1 seconde lang ingedrukt.
Deze functie wordt gedeactiveerd nadat de generator 20 minuten non-actief is geweest.
Het is zo mogelijk in werkpositie te blijven, zonder dat men zich naar de generator hoeft te begeven.
ALARMLAMPJES (ZIE. PAGINA 9)
-
Lampje (6) geeft een storing van de inductor of de generator aan.
-
Lampje (7) geeft een storing in de aanvoer van het koelcircuit aan.