Fissler Original profi-collection, Инструкции по использованию и уходу

Страница: 22 / 52

Energiebespaartips
• Maak gebruik van de warmteopslag van de bodem door de energietoevoer vroegtijdig te reduceren en reeds
voor het einde van de bereidingstijd de kookplaat uit te zetten.
• Laat gerechten liefst altijd met een gesloten deksel gaar worden.
• Kies de grootte van de pan afhankelijk van de hoeveelheid eten die moet worden bereid.
• De kookplaat zou even groot of kleiner moeten zijn dan de doorsnede van de panbodem.
Advies voor de regulering van de kookplaat
De aangegeven instellingen zijn gemiddelde waarden.Voor gevoelige gerechten en kleinere hoeveelheden kunt u
een lagere, bij grotere hoeveelheden een hogere instelling kiezen. Let a.u.b. ook op de instructies van de kook-
plaat-/fornuisfabrikant.
Massa/glaskeramiek (straling/halogeen): De kookplaat zou even groot of kleiner moeten zijn dan de doorsnede
van de panbodem. Gasfornuis: De pan in het midden neerzetten en een te grote vlam voorkomen. Inductie:
Pannen altijd in het midden op de kookplaat zetten. De panbodem zou net zo groot of groter dan de kookplaat
moeten zijn.
Om de juiste doorkookstand in te stellen en tegelijkertijd energiebesparend te koken, is wat ervaring nodig. De
inhoud van de pan zou bij het doorkoken zachtjes moeten pruttelen, zonder over te koken. Er zou geen stoom
door het deksel naar buiten moeten komen. Bij een lichte of sterke ontsnapping van stoom moet de energieto-
evoer verder worden teruggedraaid.
22
Kookstanden van elektrische / keramische kookplaat
1-12 standen 1-9 standen 1-6 standen 1-3 standen
Kort koken 12 9 6 3
Aanbraden, opwarmen 9-12 6-9 4-6 2-3
Gaar worden, stomen, stoven 1-6 1-4 1-3 1 /
2
- 1 1 /
2
n
Gebruiksaanwijzing en onderhoudstips