81
Instructies voor Li-ion accupacks NL
6.1
Tips voor de juist omgang met het
accupack
Het accupack wordt gedeeltelijk ge-
laden geleverd. Om het volle vermo-
gen van het accupack te garanderen,
dient u het vóór het eerste gebruik
geheel op te laden.
Het accupack kan altijd opgeladen wor-
den zonder de levensduur te verkorten.
Een onderbreking van het opladen be-
schadigt het accupack niet.
Na de automatische uitschake-
ling van het elektrisch gereed-
schap niet verder op de aan-/
uitschakelaar drukken.
Het
accupack kan beschadigd wor-
den.
Het accupack is met een temperatuurbe-
waking uitgerust die alleen een oplading
in het temperatuurbereik tussen 0 °C en
50 °C toelaat. Hierdoor wordt een hoge
acculevensduur bereikt.
–
Accupack zo koel mogelijk (5 °C tot
25 °C) en droog (luchtvochtigheid <
80%) opslaan.
–
Accupack bijv. in de zomer niet in de
auto laten liggen.
–
Een aanzienlijk kortere bedrijfsduur
na de oplading geeft aan dat het ac-
cupack verbruikt is en vervangen dient
te worden.
–
Instructies voor verwijdering.
6.2
Capaciteitsindicatie
De capaciteitsindicatie
[1-2]
geeft bij in-
drukken van de toets voor de capaci-