INSTELLING EN WEERGAVE VAN DE ALARMTIJD
1. In normale modus, drukt u voor 2 seconden op
[ ALARM ]
totdat het alarm uurcijfer
knippert om de instelmodus voor de wektijd binnen te gaan.
2.
Druk
op
[ CHANNEL / + ] or [ MEM / - ]
om de waarde aan te passen. Houd de
toets ingedrukt voor snelle aanpassing.
3.
Minuut.
4. Wanneer u klaar bent met het instellen van Minute, drukt u op
[ ALARM ]
of laat u
het toestel 60 seconden staan om naar de normale modus terug te keren.
GEBRUIK VAN ALARM EN SNOOZE FUNCTIE
1. Stel de gewenste alarmtijd in zoals beschreven in de bovenstaande paragraaf.
2. Of druk op “ALARM” om de alarmtijd weer te geven, druk nogmaals om de
alarmfunctie in te schakelen met het alarmicoon “
” weergegeven op de LCD.
3. Wanneer de klok de alarmtijd bereikt, zal het alarmgeluid beginnen.
a) Auto-stop na 2 minuten alarmeren indien zonder enige handeling en het alarm zal
opnieuw activeren in de volgende dag.
b) Door op
[ ALARM / SNOOZE ]
te drukken gaat de wekker na 5 minuten weer af.
c) Door voor 2 seconden op
[ ALARM / SNOOZE ]
te drukken stopt het alarm en zal het
de volgende dag opnieuw activeren.
d) Door op
[ ALARM ]
te drukken zal het alarm stoppen en zal het de volgende dag
opnieuw activeren.
LET OP:
- De snooze knop kan continu gedurende 24 uur gebruikt worden.
- Tijdens de snooze, zal het alarm icoon “
” blijven knipperen.
TEMPERATUUR FUNCTIES
1.
Druk
op
[ °C / °F ]
om te schakelen tussen °C /°F temperatuureenheid.
2. Als de temperatuur lager dan -50°C of hoger dan 70°C is, zullen “
Lo
” of “
Hi
”
respectievelijk getoond worden.
Boven 70°C
Onder -50°C
TEMPERATUUR EN VOCHTIGHEID TREND
De temperatuur- en vochtigheidstrendindicator toont de trends van de veranderingen in
de komende paar minuten. Pijltjes indiceren een stijgende, stabiele of dalende trend.
Pijl-indicator
Trend
Stijgend
Stabiel
Dalend
COMFORTINDICATIE
De comfortindicatie is een pictogram op basis van de binnen luchttemperatuur en –
vochtigheid in een poging om het comfortniveau te bepalen.
Te koud
Comfortabel
Te heet
LET OP:
- Comfortindicatie kan variëren op dezelfde temperatuur, afhangend van de vochtigheid.
- Er is geen comfortindicatie als de temperatuur lager dan 0°C(32°F) of hoger dan 60°C
(140°F) is.
HET SNEEUW-ICOON
Als de buitentemperatuur 3°C of lager is, zal het
knipperende sneeuw-icoon verschijnen in het buiten
gedeelte.
WEERBERICHT
software die het weer voor de volgende 12 ~ 24 uur voorspelt binnen een straal van 30
tot 50 km (19-31 mijl).
Sunny / Clear
Slightly Cloudy
Cloudy
Rainy
Snowy
LET OP:
1. Het weerbericht is bedoeld voor de komende 12 - 24 uur, en hoeft niet per se de
huidige situatie weer te geven.
2. Het weer-icoon zal knipperen op het display als er een regenstorm nadert.
3. Het SNEEUWACHTIGE weerbericht is niet gebaseerd op de atmosferische druk,
maar op de buitentemperatuur. Wanneer de buitentemperatuur lager dan -3°C
(26°F) is, zal de SNEEUWACHTIGE weer-indicator op het display weergegeven
worden.
BAROMETRISCHE/ATMOSFERISCHE DRUK
OM DE DISPLAYMODUS TE SELECTEREN
Drukt u de
[ BARO ]
ABSOLUTE
de absolute atmosferische druk van uw locatie.
RELATIVE
de relatieve atmosferische druk op basis van de zee
OM DE RELATIEVE ATMOSFERISCHE DRUK IN TE STELLEN
1.
Drukt
u
[ BARO ]
voor 2 seconden in totdat het
ABSOLUTE
of
RELATIVE
icoon
2.
knippert.
3. Drukt u op
[ CHANNEL / + ] of [ MEM / - ]
om naar
RELATIVE
modus te schakelen.
4. Drukt u opnieuw eenmalig op
[ BARO ]
totdat het
RELATIVE
atmosferische
druk-cijfer knippert.
5. Drukt u op
[ CHANNEL / + ] of [ MEM / - ]
om de waarde te veranderen.
6. Drukt u op
[ BARO ]
om op te slaan en de instelmodus te verlaten.
LET OP:
- De standaardwaarde voor de relatieve atmosferische druk is 1013 hPa (29,92 inHg),
wat verwijst naar de gemiddelde atmosferische druk.
- Wanneer u de waarde van de relatieve atmosferische druk wijzigt, zullen de
weerindicatoren mee veranderen.
- De relatieve atmosferische druk is gebaseerd op het zeeniveau, maar zal veranderen
met de verandering van de absolute atmosferische druk.
OM DE MEETEENHEID VAN DE BAROMETER TE KIEZEN
1. Drukt u op
[ BARO ]
om de instelmodus eenheid te openen.
2. Gebruikt u de
[ BARO ]
toets om de eenheid de wisselen tussen
LQ+JPP+JK3D
3. Drukt u op
[ BARO ]
om te bevestigen.
WARMT INDEX /DAUWPUNT
OM WARMTEINDEX TE ZIEN
Drukt u herhaaldelijk op
[ INDEX ]
om de
WARMTE INDEX
Waarde te zien.
LET OP:
De hitte-index wordt enkel berekend wanneer de temperatuur 27° C (80° F) of hoger is,
en is enkel gebaseerd op de temperatuur en vochtigheid gemeten door de draadloze
buitensensoren.
OM HET DAUWPUNT TE ZIEN
Drukt u herhaaldelijk op
[ INDEX ]
om de waarde van
DAUWPUNT
te zien.
LET OP:
Het dauwpunt is de temperatuur waaronder de waterdamp in de lucht bij constante
barometerdruk condenseert tot vloeibaar water met dezelfde snelheid als waarmee het
verdampt. Het gecondenseerde water heet dauw als het op een solide oppervlak vormt.
De dauwpunttemperatuur wordt berekend aan de hand van de buitentemperatuur en de
vochtigheid die door de draadloze buitensensoren worden gemeten.
GEGEVENS UIT HET VERLEDEN (WEERGEGEVENS VAN DE AFGELOPEN 24 UUR)
Het hoofdapparaat registreert automatisch de weergegevens van de afgelopen 24
uur, waaronder de afgelopen binnen- en buitentemperatuur en -vochtigheid, baro, en
dauwpunt/warmte-index.
1.
Druk
op
[ HISTORY ]
om de geschiedenis van het afgelopen uur te controleren.
2. Druk herhaaldelijk op
[ HISTORY ]
om de laatste 2, 3, 4 , 5.... 24 uur historische
weergegevens te zien.
MAX/MIN GEGEVENS
De hoofdeenheid bewaart de MAX/MIN weergegevens vanaf de laatste handmatige reset.
1. In normale modus drukt u 1 maal op
[ MEM / - ]
om de actuele maximum
temperatuur weer te geven voor het huidige kanaal.
2. Druk herhaaldelijk op
[ MEM / - ]
kanaal maximum temperatuur
huidig kanaal minimum temperatuur
huidig kanaal max. luchtvochtigheid
huidig kanaal min. luchtvochtigheid
maximum binnentemperatuur
minimum binnentemperatuur
max. vochtigheid binnen
min. vochtigheid binnen
max. barometerstand
minimum barometerstand
3. Als de MAX/MIN gegevens getoond worden keert het display na 6 seconden terug
naar de normale modus.
4. Om de MAX/MIN gegevens van het huidige binnen kanaal te wissen houdt u
[ MEM/ - ]
2 seconden ingedrukt wanneer de MAX/MIN metingen worden
weergegeven.
