47
3. De tegenstander moet de bal een keer laten opspringen en speelt hem dan over het
net terug naar de andere kant.
4. Een rally is beëindigd zodra de bal niet wordt geraakt of zodra een speler een andere
fout maakt (zie sectie ‘Fouten’). De tegenstander krijgt een punt.
5. De speler die als eerste 11 punten heeft gescoord, wint de set.
6. Na elke set wordt er van kant gewisseld.
7. Heeft een speler 3 sets gewonnen, is het spel afgelopen.
Fouten
• De speler die serveert, raakt de bal niet.
• De bal mag tijdens het serveren niet meer dan één keer de eigen tafelhelft raken.
• De bal mag tijdens de rally geen andere voorwerpen (bijv. kleding) dan het net of de
netbeugels raken.
• De bal mag alleen de bovenkant van de zijde van de tegenstander raken, niet de
zijkant van de tafel of de eigen tafelzijde.
• De bal mag slechts eenmaal met het eigen batje worden geraakt.
• De tafel mag tijdens de rally niet met de vrije hand worden geraakt.
• De tafel mag tijdens de rally niet worden verschoven.
• Het net mag tijdens de rally niet worden geraakt.
• De bal mag niet boven de tafel of in een andere richting worden geslagen.
Backgammon
Doel van het spel
Elke speler probeert om al zijn stenen naar
een andere kant te laten lopen volgens de
worpen van de dobbelstenen. De speler die
als eerste geen stenen meer op het bord
heeft, wint het spel.
Opbouw
U heb nodig:
speelveld
2 x dobbelstenen
30 x stenen (15 x blauw, 15 x rood)
(1 x verdubbelaar-dobbelsteen)
Aan welke kant het thuisveld ligt en wie in welke speelrichting speelt, kan indivi-
dueel worden vastgelegd. Kiest een speler een thuisveld, staat de positionering
van de tegenstander vast: waar de een start, kan de andere wegspelen.
1. Het speelbord bestaat uit 24 driehoeken, ‘points’
of ‘punten’ genaamd. Tussen de 6e en 7e point van
elke kant bevindt zich de zogenaamde bar. Deze
verdeelt het speelveld in het home- en het outer-
board resp. thuisveld en buitenveld.