135
Werking beëindigen
z
De Dräger X-am 5000 volgens de gebruiksaanwij-
zing uitschakelen.
– Voordat het apparaat zich uitschakelt, worden kort-
durend een optisch en akoestisch alarm geacti-
veerd.
– De Dräger X-zone 5000 is in de STANDBY-modus.
z
Monsternameslang of Dräger sonde van het filter
schroeven.
z
Houder (pomp) door te draaien van de sluitbeugel
verwijderen.
– De pomp schakelt zich uit.
z
Houder op de behuizing plaatsen.
z
Sluitbeugel op de houder vasttrekken.
Tijdens de pompmodus in acht nemen
z
Spoeltijd afwachten.
Vóór elke meting, Dräger monsternameslang of
Dräger sondes met het te meten luchtmonster
spoelen.
– De spoelfase is nodig om alle invloeden op te heffen
of te minimaliseren, die kunnen optreden bij gebruik
van een monsternameslang of een sonde, bijv. ab-
sorpties in de slang, dood volume.
– De duur van de spoelfase is afhankelijk van factoren
zoals bijv. type en concentratie van het te meten gas
of damp, materiaal, lengte, diameter en leeftijd van
de monsternameslang of de sonde. Als "vuistregel"
kan bij het gebruik van een monsternameslang
(fabrieksnieuw, droog, schoon), een gemiddelde
spoeltijd van ca. 3 seconden per meter worden aan-
genomen. Deze spoeltijd geldt tevens voor de res-
ponsetijd van de sensor (zie gebruiksaanwijzing van
het gebruikte gasmeetinstrument).
Bijvoorbeeld:
– Bij een 10 m lange monsternameslang bedraagt de
spoeltijd ca. 30 seconden en de responsetijd van de
sensor bovendien ca. 60 seconden, de totaal beno-
digde tijd voor het aflezen van het gasmeetinstru-
ment bedraagt ca. 90 seconden.
– Het flowalarm wordt vertraagd nagelang de lengte
van de slang met 10 tot 30 seconden.
Filter verwisselen
z
Aansluitmondstuk van het filter afschroeven.
z
Sluitbeugel van de houder (pomp) losdraaien.
z
Houder (pomp) verwijderen.
z
Houder (pomp) op de behuizing plaatsen.
z
Sluitbeugel op de houder (pomp) vasttrekken.
z
Aansluitmondstuk op het nieuwe filter schroeven.
Apparaat configureren
Voor het configureren van een apparaat met een stan-
daardconfiguratie, moet het apparaat aan een PC wor-
den aangesloten.
De communicatie geschiedt met de
≥
USB DIRA III ka-
bel (bestelnr. 83 17 409).
De configuratie vindt plaats met behulp van de PC soft-
ware Dräger CC-Vision.
De volgende instellingen kunnen o. a. worden geconfi-
gureerd:
– Claxonvolume
– Draadloze verbinding
– Alarmfrequenties
– Alarmpatroon
– Doorsturen van alarm
– Lifesignal (lichtpatroon, claxonvolume)
– Acties van het schakelrelais
z
Filter linksom afschroe-
ven.
z
Nieuwe filter (bestelnr.
83 19 359) rechtsom
op het apparaat
schroeven.
AANWIJZING
Documentatie en online-help van de PC software
Dräger CC-Vision in acht nemen.
014331
12.eps
028331
12.eps
IR
Содержание 83 20 104
Страница 194: ...194 194...