
4 6
4 6
4 6
4 6
4 6
NL
NL
NL
NL
NL
Inbedrijfstelling
Inbedrijfstelling
Inbedrijfstelling
Inbedrijfstelling
Inbedrijfstelling
Nadat u hebt gecontroleerd of het doseerapparaat
correct is geïnstalleerd en tevens stroom, water en
afvoer hebt geïnspecteerd (conform DIN 1988, deel
4), kunt u het apparaat als volgt in bedrijf nemen.
Open de kinderbeveiliging (11
11
11
11
11) en klap de afdek-
kap (7
7
7
7
7) omhoog.
Kabel van de transformatorstekker (1
1
1
1
1) door de
aansluitkabel-doorvoer (10
10
10
10
10) aan de achterzijde van
de Impulsor Optronic
®
- Modul leiden en op de
aansluitklem A
A
A
A
A aansluiten (polariteit hoeft niet in
acht te worden genomen).
Transformatorstekker (1
1
1
1
1) in stopcontact steken.
Op het display verschijnt
en is er een akoestisch
signaal hoorbaar. Hierdoor wordt aangegeven dat
er geen werkzame stof in het apparaat zit.
Aansluiting van het reservoir
Aansluiting van het reservoir
Aansluiting van het reservoir
Aansluiting van het reservoir
Aansluiting van het reservoir
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
®
®
®
®
®
- Modul
- Modul
- Modul
- Modul
- Modul F3
F3
F3
F3
F3
1. Open de kinderbeveiliging (11
11
11
11
11) en klap de afdek-
kap (7
7
7
7
7) omhoog.
2. Aluminium verzegeling van het 3 kg zware re-
servoir verwijderen.
3. Til het reservoir van onderen over de zuig-
leiding (8
8
8
8
8) en draai het vervolgens voorzichtig
in de vergrendeling. De leegmelding en het
akoestische signaal gaan uit.
4. Klap de afdekkap (7
7
7
7
7) weer naar onder en
schroef de kinderbeveiliging vast (11
11
11
11
11). Zo wordt
nog eens extra voorkomen dat het reservoir
kan draaien.
Herstel vervolgens de doorstroming van het wa-
ter. Het doseerapparaat is nu klaar voor gebruik.
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
Impulsor Optronic
®
®
®
®
®
- Modul
- Modul
- Modul
- Modul
- Modul T10 /
T10 /
T10 /
T10 /
T10 / T20
T20
T20
T20
T20
1. Open de kinderbeveiliging (11
11
11
11
11) en klap de afdek-
kap (7
7
7
7
7) omhoog.
2. Sluit de zuigleiding (13
13
13
13
13) en de terugloopleiding
(14
14
14
14
14) van de zuiglans aan. Op de zuigmelding
staat de vermelding „Saug”. Monteer de leiding
op de aansluitingen waarop de pijl naar het toe-
stel wijst. De terugloopleiding wordt op de an-
dere aansluitingen bevestigd. Zet beide leidin-
gen vast met de bijgeleverde slangklemmen.
3. Stekker (12
12
12
12
12) van de zuiglans (9
9
9
9
9) in de steekbus
(B
B
B
B
B) van de besturingselektronica (5
5
5
5
5) steken.
4. Klap de afdekkap (7
7
7
7
7) weer naar onder en draai
de kinderbeveiliging vast (11
11
11
11
11).
5. Open de bus van 10/20 l met de werkzame
stof. Verwijder de eventueel aanwezige
aluminium verzegeling. Breng de zuiglans (9
9
9
9
9)
aan in het reservoir en schroef deze vast met
de deksel.
De bus mag niet worden opgetild of verplaatst
De bus mag niet worden opgetild of verplaatst
De bus mag niet worden opgetild of verplaatst
De bus mag niet worden opgetild of verplaatst
De bus mag niet worden opgetild of verplaatst
aan de handgreep van de zuiglans.
aan de handgreep van de zuiglans.
aan de handgreep van de zuiglans.
aan de handgreep van de zuiglans.
aan de handgreep van de zuiglans.
Herstel vervolgens de doorstroming van het wa-
ter. Het doseerapparaat is nu klaar voor gebruik.
Bescherming tegen corrosie in koperen leidin-
Bescherming tegen corrosie in koperen leidin-
Bescherming tegen corrosie in koperen leidin-
Bescherming tegen corrosie in koperen leidin-
Bescherming tegen corrosie in koperen leidin-
gen met Impulsor Optronic
gen met Impulsor Optronic
gen met Impulsor Optronic
gen met Impulsor Optronic
gen met Impulsor Optronic
®
®
®
®
®
-Modul
-Modul
-Modul
-Modul
-Modul T20 en
T20 en
T20 en
T20 en
T20 en
Quantophos
Quantophos
Quantophos
Quantophos
Quantophos
®
®
®
®
®
Cu2
Cu2
Cu2
Cu2
Cu2
Het doel van het proces is om water met een pH-
waarde tussen 7,8 en 8,4 te verkrijgen.
Hiervoor moet indien nodig de deelfactor op de
bestuingselektronica omgeprogrammeerd wor-
den:
Voer de dosering eerst uit met de fabrieksinstelling
(deelf
deelf
deelf
deelf
deelfactor 12
actor 12
actor 12
actor 12
actor 12). Tap na het doseerapparaat, maar
vóór eventuele opslagreservoirs, ongeveer 100 li-
ter water af. Laat vervolgens in een schone hou-
der ongeveer twee liter water stromen en bepaal
de pH-waarde (pH-waarde van de meter).
Als de gemeten pH-waarde kleiner dan 7,8
kleiner dan 7,8
kleiner dan 7,8
kleiner dan 7,8
kleiner dan 7,8 is, moet
de deelfactor in de richting „1”
deelfactor in de richting „1”
deelfactor in de richting „1”
deelfactor in de richting „1”
deelfactor in de richting „1” (1 impuls van de
watermeter = 1 doseerslag) worden versteld.
Als de gemeten pH-waarde groter dan 8,4
groter dan 8,4
groter dan 8,4
groter dan 8,4
groter dan 8,4 is, moet
de deelfactor in de richting „1,5”
deelfactor in de richting „1,5”
deelfactor in de richting „1,5”
deelfactor in de richting „1,5”
deelfactor in de richting „1,5” (15 impulsen van
de watermeter = 1 doseerslag) worden versteld.
Houd, om de deelfactor te wijzigen, de toetsen T1
toetsen T1
toetsen T1
toetsen T1
toetsen T1
en
en
en
en
en T2 tegelijk
T2 tegelijk
T2 tegelijk
T2 tegelijk
T2 tegelijker
er
er
er
ertijd gedurende ca.
tijd gedurende ca.
tijd gedurende ca.
tijd gedurende ca.
tijd gedurende ca. 2,5 sec.
2,5 sec.
2,5 sec.
2,5 sec.
2,5 sec. inge-
inge-
inge-
inge-
inge-
dr
dr
dr
dr
drukt
ukt
ukt
ukt
ukt. Het display geeft „12” (fabrieksinstelling) weer.
Met de toetsen T1 en
T1 en
T1 en
T1 en
T1 en T2
T2
T2
T2
T2 kan vervolgens de ge-
wenste deelfactor tussen „1” en „15” worden geko-
zen.
Houd daarna de toetsen
toetsen
toetsen
toetsen
toetsen T1 en
T1 en
T1 en
T1 en
T1 en T2 w
T2 w
T2 w
T2 w
T2 weer tegelij-
eer tegelij-
eer tegelij-
eer tegelij-
eer tegelij-
kertijd gedurende ca. 2,5 sec. ingedrukt
kertijd gedurende ca. 2,5 sec. ingedrukt
kertijd gedurende ca. 2,5 sec. ingedrukt
kertijd gedurende ca. 2,5 sec. ingedrukt
kertijd gedurende ca. 2,5 sec. ingedrukt, de nieuwe
deelfactor wordt opgeslagen en de besturing
schakelt terug naar normaalbedrijf.
Herhaal de meting en de instelling totdat de ge-
meten pH-waarde tussen 7,8 en 8,4 ligt. Klap de
afdekkap vervolgens weer naar onder en schroef
de kinderbeveiliging vast.