36
• U kunt het geheugenplaatsnummer en de datum en de tijd van de meting aflezen op
het display.
• Het nummer 1 (Nr1) is altijd de oudste opgeslagen waarde. Als alle 30
geheugenplaatsen bezet zijn en u een nieuwe waarde opslaat, verdwijnt steeds de
oudste waarde uit het geheugen.
b) Gemiddelde waarde
• Als de laatst gemeten waarde op het display verschijnt en u op de toets + drukt,
wordt het gemiddelde van alle opgeslagen waarden weergegeven:
c) Geheugenlijst
U kunt ook alle opgeslagen waarden weergeven in een lijst.
• Als u zich bevindt in de individuele voorstelling van de opgeslagen waarden en u op
de menutoets drukt, verschijnt een lijst van alle opgeslagen waarden.
• Het display kan vijf opgeslagen waarden tegelijk weergeven.
• De waarde die u als laatste hebt gezien bij de individuele voorstelling, is in de lijst
aangeduid met een vakje.
• Met de t en - kunt u door de lijst bladeren:
d) Trendgrafiek van de opgeslagen waarden
Hier kunt u alle opgeslagen waarden weergeven in een grafiek en in één oogopslag de
evolutie van uw bloeddruk bekijken.
• Als u in de voorstelling van de geheugenlijst op de menutoets drukt, krijgt u
automatisch de trendgrafiek van de opgeslagen bloeddrukwaarden.
• De in de geheugenlijst gemarkeerde waarde knippert en rechts verschijnen de
overeenkomstige meetwaarden.
• Met de t en - kunt u alle waarden in cijfers weergeven rechts naast de grafiek.
• Uiterst rechts in de grafiek (dikste streep) verschijnt de gemiddelde waarde als graaf:
• Om de geheugenweergave te beëindigen, drukt u op de START/STOP (I/O)-toets,
anders schakelt de bloeddrukmeter zichzelf automatisch uit na 30 seconden.
8. MENU
Om het menu te openen, drukt u op de menutoets. Met de t en - kunt u
kiezen tussen de volgende items:
Als u nogmaals op de menutoets drukt, komt u in het geselecteerde menu-item waarin
u de instellingen kunt bewerken.
Met de t en - kunt u binnen de individuele menu-items instellingen opgeven:
a) Geheugenkeuze:
zie pagina 35
b) Vooringestelde druk:
• De standaardinstelling van de fabrikant is 180 mmHg.
• Met de t en - kunt u de vooringestelde druk wijzigen in stappen van 10
mmHg, gaande van 150 tot 300 mmHg.
• Met deze instelling kunt u de vooringestelde druk instellen op de waarde die voor u
optimaal is, zodat bijpompen niet nodig is.
• Vuistregel: Vooringestelde druk = systolische druk + 30 mmHg
• Bevestig de ingestelde waarde met de menutoets, waarna de bloeddrukmeter wordt
uitgeschakeld.
AVERAGE
PRESET PRESSURE
CHANGE =[-][+]
SET
=[MENU]
MENU
MEMORY SELECT
PRESET PRESSURE
MEMORY CLEAR
LANGUAGE
CLOCK SET
CONTRAST
GA BC 42_multi.qxp3 27.04.2001 17:21 Uhr Seite 36
