
138
3.
Maak de tankdop (32) voorzichtig open, zodat eventueel
aanwezige overdruk kan zakken.
4.
Vul de benzine voorzichtig tot ca. 4 cm onder de rand
van het invulstuk in, opdat de benzine ruimte heeft om
zich uit te breiden.
5.
Reinig de benzine-invulfilter (40) bij verontreinigingen.
6.
Sluit de tankdop weer.
Controleer of de tankdop goed dicht zit.
7.
Maak de tankdop en de omgeving schoon.
8.
Controleer de tank en brandstofleidingen op lekkages.
Ga vóór het starten van de motor minimaal drie meter bij
de tankplaats vandaan staan.
I
I
n
n
g
g
e
e
b
b
r
r
u
u
i
i
k
k
n
n
a
a
m
m
e
e
Overtuigt u zich er van
, dat het apparaat compleet en
volgens voorschrift is gemonteerd.
Controleer
voor ieder gebruik
de machine op eventuele beschadigingen
of alle schroeven goed zijn vastgedraaid
het hydraulisch systeem op lekkages
uitschakelvoorzieningen
het hydraulisch systeem op lekkages
het oliepeil
De transportsluiting moet vóór de
inwerkingstelling worden vervangen door de oliepeilstok.
Transportsluiting
Oliepeilstok
Trek de transportsluiting eruit en steek de oliepeilstok tot aan de
aanslag in de opening.
Wanneer u de transportsluiting niet door de oliepeilstok
vervangt, wordt de hydraulische installatie niet ontlucht. De
ingesloten lucht beschadigt de afdichtingen en veroorzaakt een
permanente beschadiging van het apparaat.
Hydraulisch systeem
Gebruik de machine nooit, wanneer een gevaar door
hydraulische vloeistof bestaat.
Zorg ervoor dat de machine en de werkplek zuiver zijn en
er geen olievlekken aanwezig zijn.
Gevaar voor uitglijden en brand!
Controleer regelmatig, of voldoende hydraulische olie in
het reservoir is (zie onderhoud en verzorging)
Inhoud: ca. 5,5 liter
Houdt rekening met het ingesloten montage-
blad!
Vóór het starten van de motor
Controleer oliepeil en brandstof (eventueel bijvullen).
Koude start van de motor
1.
Plaats de chokehendel (28)
op positie
gesloten.
2.
Plaats de gasregelaar (31) ca. 1/3 in richting
.
3.
Plaats de brandstofkraan (22)
op positie
ON.
4.
Plaats de motorschakelaar (5) op positie ON .
5.
Grijp en trek langzaam de kabelgreep (30) tot weerstand
te voelen is.
6.
Trek vlug aan de startkabel en laat het dan langzaam los.
Trek de startkabel niet geheel eruit en laat de
kabelgreep niet terug op de motor slaan.
7.
Zodra de motor is gestart, zet de chokehendel (28)
op positie
open.
8.
Zet de gasregelaar (31) langzaam in richting
.
Warme start van de motor
1.
Zet de chokehendel (28)
op positie
open.
2.
Zet de gasregelaar (31)
ca. 1/3 in richting
.
3.
Plaats de brandstofkraan (22)
op positie
ON
.
4.
Plaats de motorschakelaar (5) op positie
ON .
ON
.
5.
Grijp en trek langzaam de kabelgreep (30) tot
weerstand te voelen is.
6.
Trek vlug aan de startkabel en laat het dan langzaam los.
Trek de startkabel niet geheel eruit en laat de
kabelgreep niet terug op de motor slaan.
7.
Zet de gasregelaar (31) langzaam in richting
.
Stoppen van de motor
1.
Plaats de gasregelaar (31) op positie
.
2.
Plaats de motorschakelaar (5) op positie
OFF.
3.
Plaats de brandstofkraan (22)
op positie
OFF
.
Stel NIET de chokehendel (28)
op positie
gesloten, om de motor te stoppen. Dit kan tot
terugontstekingen of motorschade leiden.