warmtepompboiler – TECHNISCHE GEGEVENS VOOR DE INSTALLATEURUIKER
44
Op de hoofdprintplaat van het apparaat zit een aardingscontact, dat uitsluitend functionele doelen heeft en niet
bedoeld is voor beveiliging.
PERMANENTE ELEKTRISCHE AANSLUITING
Afb. 9
Als u niet beschikt over een elektrisch tarief met dal- en piekuren gebruikt u deze configuratie.
De bo7iler zal altijd op het elektrische net zijn aangesloten, waardoor het 24 hr per dag zal werken.
ELEKTRISCHE AANSLUITING MET VOEDING VOOR DAL- EN PIEKTARIEF
Afb. 10
Als er elektrische voeding voor dal- en piektarief en een geschikte meter beschikbaar zijn, wordt de
corrosiebeveiliging door middel van een zwerfstroomanaode op de tijdstippen waarop het product niet wordt
gevoed verzekerd door oplaadbatterijen. Deze batterijen worden niet bij het product geleverd, en moeten dus
worden geplaatst. (zie afbeelding 1).
ELEKTRISCHE AANSLUITING MET VOEDING VOOR DAL- EN PIEKTARIEF EN HC-HP-SIGNAAL
Afb. 11
Dit heeft dezelfde economische voordelen als de configuratie met dal- en piekuren. Het is bovendien mogelijk
een directe verwarming te hebben m.b.v. de BOOST-modus die de verwarming ook activeert tijdens het HP-
tarief.
1) Sluit een tweepolige kabel aan op de speciale signaalcontacten op de meter.
2) Sluit de tweepolige signaalkabel (B) aan op de EDF-connector “SIG1” die zich in de schakeldoos rechts
van het product bevindt (doorboor de rubbertjes om een doorsnede te krijgen die geschikt is voor doorvoer
van de kabel).
LET OP:
het EDF-signaal heeft een spanning van 230V.
3)
Activeer de HC-HP-functie
door middel van parameter P7 van het installatiemenu. (Zie paragraaf 7.7).
HULPVERBINDINGEN
Afb. 12
•
Als er een FV-systeem moet worden verbonden of een SG-signaal beschikbaar is, is het mogelijk een
tweepolige kabel vanaf de inverter of de kabel van het SG-signaal (de ene of de andere) te verbinden met
de schakelkast op de rechterkant van het product (bevestig de kabel in de hiervoor bestemde
kabeldoorgang). Verbind de genoemde kabel (C) met de connector met het opschrift “SIG2” en activeer de
functie PV (P9) of SG (P18) via het installatiemenu (zie paragraaf 7.7).
Let op: signaal 230 V.
•
Alleen voor de modellen SYS of TWIN SYS, in het geval er een hulpwarmtegenerator is (bv. ketel) en de
aanvulling die wordt geleverd door het verwarmingselement ervan moet worden vervangen, is het mogelijk
een tweepolige kabel (D) te verbinden tussen de warmtegenerator (indien hiervoor geschikt) en de
elektronicakast op de rechterkant van het product (bevestig de kabel in de hiervoor bestemde
kabeldoorgang). Verbind de kabel met de connector met het opschrift “AUX” en stel de parameter P8 in op
3 via het installatiemenu (zie paragraaf 7.7).
Afb.15
In het geval van aansluiting van de SYS-versie op de ketel/kachel, raden wij u aan de bovenste sondehouder
S3 te gebruiken.
In het geval van aansluiting van de TWIN SYS-versie op de ketel/kachel, raden wij u aan de sondehouders te
gebruiken voor de onderste warmtewisselaar S4 en voor de bovenste S3.
In het geval van aansluiting van de SYS- of TWIN SYS-versie op de zonnecentrale (onderste
warmtewisselaar), kunt u ofwel alleen de onderste sondehouder gebruiken (S2) ofwel beide (S2) en (S3/S4).
5 EERSTE INBEDRIJFSTELLING
Zodra u de hydraulische en elektrische aansluitingen heeft uitgevoerd vult u de boiler met water uit het waternet. Voor
het vullen opent u de hoofdkraan van de waterleiding en die van het dichtstbijzijnde warme water en controleert u of
alle lucht uit het reservoir is gelopen.
Voer een visuele inspectie uit op eventuele waterlekken vanuit de flens en de verbindingsstukken, en draai eventueel
voorzichtig vaster aan.
Het product is niet voorzien van batterijen.
Gebruik in het geval van installatie met batterijen 4 oplaadbare batterijen van het type NiMh, AA, 1,2V,
minimaal 2100 mAh, minimaal 1000 oplaadcycli, min. werktemperatuur 55°C (gebruik de batterijen uit de
catalogus die worden geleverd door de fabrikant van het product). Deze moeten, met nauwgezette
inachtneming van de polariteit, in de betreffende behuizing worden geplaatst die achter de voorkap zit.
Hiervoor hoeft alleen de buitenste lijst te worden verwijderd (afbeelding 1).
De batterijen waarborgen dat de zwerfstroomanode ook goed zal werken tijdens eventuele storingen in het
elektriciteitsnet. Het product zorgt automatisch voor het opladen van de batterijen.