28
XENYX 1202FX/1002FX
XENYX 1202FX/1002FX Bediening
(NL)
Stap 2: Bediening
Dit hoofdstuk beschrijft de verschillende
bedieningselementen van uw mengpaneel.
Alle bedieningen, schakelaars en connectoren
komen uitgebreid aan bod.
(1)
MIC
– Elk mono-ingangskanaal biedt
een gebalanceerde microfooningang via
de XLR-connector en beschikt ook over
een schak48 V fantoomvoeding
voor condensatormicrofoons.
De XENYX-voorversterkers bieden een
onvervormde en ruisvrije versterking
zoals doorgaans alleen bekend is van
dure buitenboordvoorversterkers.
(2)
LIJN BINNEN
– Elke mono-ingang heeft
ook een gebalanceerde lijningang op een
¼"-connector. Ongebalanceerde apparaten
(mono-aansluitingen) kunnen ook op deze
ingangen worden aangesloten. Onthoud dat
u alleen de microfoon of de lijningang van
een kanaal op een kanaal kunt gebruiken tijd.
Je kunt nooit beide tegelijk gebruiken!
(3)
KRIJGEN
– Gebruik de GAIN-regelaar
om de ingangsversterking aan te passen.
Deze regelaar moet altijd volledig tegen
de klok in worden gedraaid wanneer u
een signaalbron op een van de ingangen
aansluit of loskoppelt.
(4)
EQ
– Alle mono-ingangskanalen bevatten
een 3-bands equalizer. Alle banden zorgen
voor een boost of cut tot 15 dB. In de
middelste stand is de equalizer niet actief.
(5)
LAAG UITGESNEDEN
– Bovendien zijn de
monokanalen uitgerust met een steil LOW
CUT-
filter dat is ontworpen om ongewenste
laagfrequente signaalcomponenten
te elimineren.
(6)
FX
– Met FX sends kun je signalen via
een variabele besturing van een of meer
kanalen sturen en deze signalen naar een
bus sommeren. De bus verschijnt op de
FX Send-uitgang van de console en kan
van daaruit naar een extern e
ffectapparaat
worden gevoerd. Het rendement van de
effectunit wordt vervolgens teruggebracht
naar de console op de stereokanalen.
Elke FX-send is mono en heeft een versterking
tot +15 dB. Bij de 1002FX / 1202FX wordt de
FX-send rechtstreeks naar de ingebouwde
effectprocessor gestuurd. Om er zeker van
te zijn dat de effectprocessor een
ingangssignaal ontvangt, mag u deze regelaar
niet helemaal naar links (-∞) draaien.
(7)
PAN
– De PAN-regelaar bepaalt
de positie van het kanaalsignaal binnen
het stereobeeld. Deze regeling heeft een
constante vermogenskarakteristiek,
wat betekent dat het signaal altijd op een
constant niveau
wordt gehouden, ongeacht de
positie in het stereopanorama.
(8)
NIVEAU
– De LEVEL-regelaar bepaalt het
niveau van het kanaalsignaal in de hoofdmix.
(9)
KLEM
– De CLIP-LED's van de monokanalen
lichten op als het ingangssignaal te hoog
wordt aangestuurd, wat vervorming
kan veroorzaken. Als dit gebeurt, gebruik dan
de GAIN-regelaar om het voorversterkerniveau
te verlagen totdat de LED niet meer oplicht.
(10)
LIJN BINNEN
– Elk stereokanaal heeft
twee gebalanceerde lijningangen op ¼"-
aansluitingen voor linker- en rechterkanalen.
Als alleen de aansluiting met de aanduiding
"L" (links) wordt gebruikt, werkt het kanaal
in mono. De stereokanalen zijn ontworpen
om het typische lijnniveau aan te kunnen
signalen Beide ingangen accepteren ook
ongebalanceerde aansluitingen.
(11)
FX
– De FX-sends van de stereokanalen
werken vergelijkbaar met die van
de monokanalen. Omdat de FX-zendbussen
echter beide mono zijn, wordt er eerst een
monosom van de stereo-ingang afgenomen
voordat deze naar de FX-bus wordt gestuurd.
(12)
BAL
– De BAL (ANCE) -regelaar bepaalt
de niveaus van de linker en rechter
ingangssignalen ten opzichte van elkaar
voordat beide signalen vervolgens naar de
hoofdstereomixbus worden gestuurd. Als een
kanaal via de linker lijningang in mono
wordt bediend, heeft deze regelaar dezelfde
functie als de PAN-regelaar die in de
monokanalen wordt gebruikt.
(13)
+ 4 / -10
– De stereo-ingangen van de
XENYX 1002FX en 1202FX hebben een
ingangsgevoeligheidsschakelaar die tussen
+4 dBu en -10 dBV selecteert. Bij -10 dBV
(home-opnameniveau) is de ingang
gevoeliger (vereist minder niveau om hem aan
te sturen) dan bij +4 dBu (studio-niveau).
(14)
FX NAAR HOOFD
– De FX TO MAIN-regelaar
voert het effectsignaal naar de hoofdmix.
Als de knop helemaal tegen de klok in
wordt gedraaid, is er geen effectsignaal
aanwezig in het somsignaal van
het mengpaneel.