182
11.11 Capaciteitsmeting
Controleer dat alle te meten schakelcomponenten, schakelingen en
bouwelementen evenals andere meetobjecten absoluut spannings-
loos en ontladen zijn.
Houd bij elektrolytische condensatoren absoluut rekening met de
juiste polariteit.
Schakel de DMM in en kies het
meetbereik
.
Steek de rode meetkabel in
de V-meetbus, het zwart in de
COM-aansluiting.
Het display toont de eenheid “nF”.
Verbind vervolgens beide meet-
pennen (rood = positieve pool/
zwart = negatieve pool) met het
meetobject (condensator). Het
display geeft na een korte periode
de capaciteit weer. Wacht totdat de
waarde op het display zich heeft
gestabiliseerd. Bij capaciteiten >60
µF kan dit enkele seconden duren.
Zodra “OL” (voor overload = over-
belast) wordt weergegeven op het display, heeft u het meetbereik overschreden.
Verwijder na het meten de meetkabels van het te meten object en zet de DMM
uit.
Op basis van de gevoelige meetingang kan bij "open" meetkabels een weer-
gave op het display verschijnen. Druk voor het meten van kleine capaciteiten
(<600 nF) op de knop "REL". Hierbij wordt het display gereset op "0". De Auto-
range-functie wordt daarbij echter gedeactiveerd.