67
17. oPgeSLagen meetgegeVenS oProePen
Om opgeslagen datasets in de overeenkomstige bedrijfsmodus (P = druk, V = stroomsnelheid, F = volumestroom) op te roepen,
drukt u op de toets „P/V/F”.
Druk op de toets „Avg/Rec” en houd deze 2 seconden ingedrukt om opgeslagen datasets weer te geven. Daarbij verschijnt de laatst
opgeslagen dataset als eerste op het scherm.
Met de toetsen „Unit ” of „Unit ” kunt u door de opgeslagen datasets bladeren.
Druk op „Avg/Rec” om de gemiddelde waarden van alle opgeslagen meetwaarden in de geselecteerde bedrijfsmodus weer te geven.
U verlaat de geheugenmodus opnieuw door 2 seconden lang op „Avg/Rec” te drukken.
18. oPgeSLagen meetgegeVenS wISSen
Om opgeslagen datasets in de overeenkomstige bedrijfsmodus (P = druk, V = stroomsnelheid, F = volumestroom) te wissen, drukt u
op de toets „P/V/F”.
Druk op de toets „Avg/Rec” en houd deze 2 seconden ingedrukt om opgeslagen datasets weer te geven. Daarbij verschijnt de laatst
opgeslagen dataset als eerste op het scherm.
Met de toetsen „Unit ” of „Unit ” kunt u door de opgeslagen gegevens bladeren en de gewenste dataset selecteren.
Druk op „SAVE/CLEAR” om de geselecteerde dataset te wissen. Daarbij vermindert het weergegeven aantal opgeslagen datasets
rechtsonder op het scherm.
U verlaat de geheugenmodus opnieuw door 2 seconden lang op „Avg/Rec” te drukken.
Om alle datasets te wissen, gaat u tewerk, zoals beschreven in hoofdstuk 9
„Set-upinstellingen wijzigen”
onder punt
9.9
„geheugen wissen”
.
Summary of Contents for 101719
Page 3: ...3 16 15 14 3 4 2 6 17 18 19 20 21 5 7 8 9 11 10 13 12 1...
Page 71: ...71...
Page 72: ...72...
Page 73: ...73...