55
DS1083-078
smartphone en laat het gesprek
doorlopen.
3. Bij het binnentoestel:
a. Houd de toets langer dan 5 seconden
ingedrukt; de gele led knippert
langzaam ter bevestiging dat u in de
programmeringsmodus zit;
b. Druk daarna op de te programmeren
knop (bijv. ) gedurende minimaal 3
seconden totdat de bevestigingstoon
klinkt.
4. Open de toegangsdeur via de smartphone.
5. Bij het binnentoestel:
a. klinkt er een piep ter bevestiging van de
programmering.
b. Verlaat vervolgens de
programmeringsmodus door de toets
langer dan 5 seconden in te drukken.
6. Beëindig op de smartphone het lopende
gesprek.
7. Om de geprogrammeerde functie te
controleren:
a. Neem de hoorn van het binnentoestel
en druk op de geprogrammeerde knop
(bijv. );
b. Controleer of de oproep op de
smartphone verschijnt en of de
antwoordtoon klinkt.
B) Programmering met opname van het
toestel.
1. Voer een oproep uit vanaf het deurstation
naar het binnentoestel.
2. Beantwoord de oproep met de
smartphone en laat het gesprek
doorlopen.
a. houd de knop Deur openen ingedrukt
1 en neem de hoorn van het toestel
2 . Vanaf het binnentoestel klinkt er
een toon die de programmeringsmodus
bevestigt.
BEEP
2
1
b. Druk daarna op te programmeren
knop 3 ; het binnentoestel laat een
bevestigingstoon horen.
BEEP
3
4. Open de toegangsdeur via de smartphone.
5. Bij het binnentoestel:
a. klinkt er een piep ter bevestiging van de
programmering.
b. Daarna kunt u de hoorn van het
binnentoestel weer neerleggen en
klinkt er een toon die bevestigt dat u de
programmering verlaat.
6. Beëindig op de smartphone het lopende
gesprek.
7. Om de geprogrammeerde functie te
controleren:
a. neem de hoorn van het binnentoestel en
druk op de geprogrammeerde knop;
b. Controleer of de oproep op de
smartphone verschijnt en of de
antwoordtoon klinkt.
Voor de programmering van de
intercomoproep bij de volgende
modellen intercoms:
mod. Aiko Ref. 1716/1 en 1716/2
mod. Modo Ref. 1717/12 en 1717/12H
mod. Folio Ref. 1706/5 en 1706/6
raadpleegt u het hoofdstuk
“Instellingen\ Lijst beeldintercom \ Een
opname aan de lijst toevoegen”
in de betreffende instructiehandleiding
die bij het product is meegeleverd.
3. TECHNISCHE
EIGENSCHAPPEN
Voedingsspanning vanaf de BUS-lijn: ........
48 V
Externe voedingsspanning: ......................
24 V
Maximumverbruik: ....................................
200 mA
Opgenomen vermogen in bedrijf: ...........
max 6 W
Bedrijfstemperatuur: .............................
-5 ÷ +45 °C
Max. vochtigheid: .......................................
95% RV
Eternet-interface: ...............................
10/100 Mbps
Wi-Fi: .......
2,4 GHz (conform IEEE 802.11 b/g/n)
met binnenantenne
Afmetingen (LxDxH):
140 (~8 DIN-modules) x 90 x 60 mm