22
23
Algemene veiligheidswaarschuwingen
Lees deze handleiding zorgvuldig door en maak uzelf vertrouwd met de bedienelementen en het juiste gebruik
van dit product. Wij zij n niet aansprakelij k voor schade die ontstaat door het niet navolgen van aanwij zingen en
instructies in deze handleiding. Schade die ontstaat door het niet navolgen van aanwij zingen en instructies in
deze handleiding valt tevens niet onder de garantiedekking. Bewaar deze handleiding goed en voeg deze bij het
toestel als u dit aan anderen doorgeeft.
Kinderen en personen die de inhoud van deze handleiding niet kennen, mogen dit toestel niet gebruiken. Houd
toezicht op kinderen om te voorkomen dat deze met het toestel spelen. De leeftij d van de gebruiker van het
toestel kan eventueel door geldende voorschriften in het betreff ende land worden beperkt. Deze voorschriften
moeten te allen tij de worden opgevolgd.
Personen met een beperkt fysiek, sensorisch of geestelij k vermogen mogen het toestel niet gebruiken, tenzij
ze onder toezicht van een voor hun veiligheid verantwoordelij ke persoon staan of van deze verantwoordelij ke
persoon aanwij zingen voor het gebruik van het toestel krij gen.
Controleer het toestel op transportschade. In geval van schade moet de winkelier onmiddellij k - echter uiterlij k
binnen 8 dagen na koopdatum - hierover worden ingelicht.
Personen, die de bedieningshandleiding niet kennen, mogen de pomp niet gebruiken!
Waarvoor wordt de pomp gebruikt?
Deze moderne en sterke pompen hebben een eenfasevoeding-stroommotor (spleetbusmotorpomp met
condensator). De motor is waterdicht met kunsthars ommanteld (IP68) en beschermd tegen overbelasting.
Deze beekloop-pompen zij n te vinden in water, tij nvij ver, visvij ver of fonteinen, voor het gebruik van
fi lteranlagen, beekjes of stroompjes, watervallen etc. zoals bij v. voor waterbeluchting en omwoeling.
Het gebruik in of aan zwembaden is niet toegestaan!
Technische gegevens vindt u op het typeplaatje resp. in de tabel op pag. 1.
Zekerheidsvoorschriften
-
Let op!
Het gebruik in de tuinvij ver en het gebied er omheen is alleen toegestaan als het apparaat
geinstalleerd is volgens de geldende voorschriften. Ga naar uw elektro-vakhandel voor een goede installatie.
- Voor het in gebruik nemen: Controleer de stroomleiding en de stekker op beschadigingen.
- Stroomvoorziening en aard van stroom dienen met de gegevens op het kenplaatje overeen te komen.
-
De pomp mag alleen over een verliesstroomautomaat (FI-schakelaar, 30mA) aan een goede
zekerheidskontaktdoos aangesloten worden.
-
De aansluitings- stekkerdoos dient te worden aangebracht op een plaats die vrij is van water en die
minstens 2 meter afstand heeft van de vij verrand (zie afb. 1).
- Stroomstekker voortdurend beschermen tegen elke vorm van vochtigheid.
-
U dient de stekker uit het kontakt te trekken bij het werken en repareren aan de pomp, de bronnen
of de vij ver. De pomp mag niet aanstaan om het moment dat er mensen in het water bezig zij n!
(de pomp dient dan losgekoppeld te worden van de stroomvoorziening)
-
Belangrij k!
In het geval van beschadigingen van de stroomleiding of de aansluiting aan de behuizing van de
motor is de pomp niet langer bruikbaar. Een reparatie is niet mogelij k omdat de stroomleiding vast vergoten
is in de motorbehuizing.
- De pomp dient nooit opgehangen of getransporteerd te worden aan de stroomleiding (kabel) zelf.
-
Pomp uitsluitend in het water gebruiken!
In gebruikname (zie afb. 1)
Belangrij k! De pomp mag nooit `droog`aan staan. Beschadigingen of defekten kunnen dan optreden.
- Stop de pomp kompleet onder water. Op dat moment dringt het water de pomp binnen.
- Voor het gebruik onder water moet de waterstand minstens 25 cm bedragen, zodat de pomp geen lucht
aanzuigt.
-
De pomp mag slechts op een dompeldiepte van max. 2 m worden
2 m
gebruikt!
- De watertemperatuur mag niet hoger zij n dan 35°C.
- De pomp dient beschermd te worden tegen vorst.
- U kunt de pomp aanzetten door de stroomstekker in de stekkerdoos te steken.
- Om onnodige vervuiling te verkomen, dient u de pomp boven de plaats te zetten waar zich vuil afzet. Zet de
pomp vast en waagerecht (op een steenplaat) in uw vij ver!
- U kunt aan de schroefdraadverbindingen van de pomp onderdelen aansluiten.
Bescherming tegen overbelasting
De ingebouwde temperatuurzekering zorgt ervoor dat de pomp zich automatisch uitschakeld in geval van
oververhitting.
De pomp moet afkoelen.
Het zonder controle, weer inschakelen van de pomp na afkoeling is uitgesloten.
Test de volgende punten:
- Is er voldoende water aanwezig?
- Is de fi lter verstopt?
- Is er vuil aanwezig in de pompbehuizing (Reinigen volgens aanwij zingen)?
- Zij n de slangen of is de straal verstopt?
- Is de pomp afgekoeld?
Zij n de problemen verholpen, dan kunt u de pomp weer inschakelen door de stroomstekker uit de stekkerdoos
te trekken en deze na een korte tij d (1 Min.) weer in de doos te steken.
Demonteren / monteren (zie afb. 2 - 5)
1. Zekerheidsvoorschriften dienen te worden aangehouden.
Pomp scheiden van de stroomvoorziening!
2. Druk de twee klinken aan de voorzij de van het pomp naar binnen, hef en verwij der het bovenste schaal (1).
3. Neem de volledige pomp (7) met het pompomhulsel (4) uit de bovenste schaal (2).
4. Verwij der de 4 schroeven (9).
5. Trek de pompbehuizing (4) en de motorbehuizing (7) uit elkaar.
6. Verwij der de loopeenheid (5) uit de motorbehuizing (7). Pas daarbij op O-ring (6) aan de
motorbehuizing
(7).
7. Reinig alle onderdelen met helder water en een zachte spons.
8. Montage:
- De O-ring (6) op de Ansatz aan de motorbehuizing (7) drukken.
- Loopeenheid (5) voorzichtig in de motorbehuizing (7) schuiven en de lagerdeksel zo draaien dat de beide
gaatjes op de pinnen van de motorbehuizing (7) passen.
- Controleer of de loopeenheid licht kan draaien.
- Lage van de O-ring (6) aan de motorbehuizing (7) controleren.
- Pompbehuizing (4) op de motorbehuizing (7) steken en vervolgens met de 4 schroeven (9) gelij kmatig
vastschroeven.
9. De pomp (7) in de onderste schaal (2) leggen, hierbij op de 3 rubberen afdekkingen (8) letten.
10. Hang de bovenste schaal (1) aan de achterste haak van de onderste schaal totdat zij en de voorklinken
breken.
Onderhoud
Om de levensduur van uw pomp te verlengen en de einwandfreie functie te verzekeren, adviseren wij een
regelmatig onderhoud en reiniging. Met weinig handelingen kan elke persoon al het onderhoudswerk
probleemloos uitvoeren, zie ook Demonteren / monteren.
Tij dsintervallen:
- In het begin kunt u controleren of de pomp elke dag naar behoren functioneert. Reinig de pomp zoals in de
gebruiksaanwij zing staat beschreven.
- De tij dsintervallen waarin de pomp niet aan staat (bv. bij de complete reinigen) zij n sterk afhankelij k van de
mate waarin het vij verwater vervuild is. Na wat ervaring krij gt u een beter idee over de beste tij d waarop u het
geheel dient te reinigen.
Heeft u tij dens de periode dat de pomp niet werkt een defekt of slij tage ontdekt, vervang dan de desbetreff ende
onderdelen. Zie ook bestelling van vervangende onderdelen.
Belangrij k! Bij in gebruikname met kalkhoudend water dienen de Loopeenheid (5) en het edelstaal-
Collimator, in de motorbehuizing (7), regelmatig gereinigd te worden.
Overwinteren
Bescherm uw pomp tegen vorst!
Leeg en reinig het kpl. fi ltersysteem en de pomp in de herfst, zoals beschreven in de handleiding.
Tij dens de wintermaanden stelt u de pomp in een container of bak met water om het uitdrogen te voorkomen.
Plaats de bak in een ruimte die vrij is van vorst.
NL