96
NL
Controleer bij de voorbereiding van het reservoir of ze aanwezig zijn.
De pomp wordt apart geleverd en moet in het reservoir worden geïnstalleerd.
4.1 De pomp in het reservoir installeren
➜
Ontkoppel de hydraulische leidingen in het reservoir vóór de
afsluitkleppen
➜
Haal ze uit het reservoir
SANIFOS
®
110 en SANIFOS® 250 : 1 los te koppelen leiding
SANIFOS
®
500 : 2 los te koppelen leidingen
➜
Sluit het kanaal/de kanalen op iedere pomp aan (apart geleverd)
➜
Laat de dompelpomp(en) en de bijbehorende leidingen in het reservoir
zakken en sluit de leidingen weer aan zodra de aansluitingen zijn aan-
gelegd
➜
Sluit de kabel met de daarvoor bestemde haak aan op de bovenkant van
het reservoir (dit is handig voor onderhoud aan het apparaat).
➜
Let a.u.b. op de positie van de pom-
pen in de tank zoals in de afbeelding
hiernaast.
4.2 Elektrische bedrading
4.2.1 Bedrading van pompen en vlotters
Gebruik van waterdichte klemblokken (SANIFOS
®
250 en SANIFOS
®
500)
Door de aansluiting met het waterdichte klemblok is het mogelijk onderhoud te plegen aan de dompelpompen zonder de voedingskabels los
te koppelen en zonder de 10 m lange kabel door de wartels of het ontluchtingskanaal te hoeven trekken om de pompen uit het reservoir te
halen.
Bedrading van waterdichte klemblokken (4-draads) voor de pompen
➜
TH400 5P klemmenblok (alleen 4-polig gebruik)
Bedrading van waterdichte klemblokken voor de vlotters
➜
Klemblok TH400 2P
Voorbereiding van de klemblokken
OPMERKING
Bij de SANIFOS
®
500 worden de vlotters bij het reservoir geleverd die met behulp van de waterdichte TH400 2P-
klemblokken op de SMART-bedieningskast moeten worden aangesloten. De kabelkleuren moeten in acht worden
genomen tijdens het aansluiten (zwart/zwart, bruin/bruin, grijs/grijs)
GEVAAR
PAS OP
WAARSCHUWING