48 nederlandse
Instellingen
Linkerzijde
Rechterzijde
Binnenhoek
Verstekhoek
30° van rechts
30° van links
Hellingshoek
33,9°
33,9°
Lijstpositie
Boven zijde
op installatie-
oppervlak
Onder zijde
op installatie-
oppervlak
Afgewerkte zijde
Zaag snede links
van de marke ring
uit voeren
Zaag snede links
van de marke ring
uit voeren
Buitenhoek
Verstekhoek
30° van links
30° van links
Hellingshoek
33,9°
33,9°
Lijstpositie
Onder zijde
op installatie-
oppervlak
Boven zijde
op installatie-
oppervlak
Afgewerkte zijde
Zaag snede
rechts van de
marke ring uit-
voeren
Zaag snede
rechts van de
marke ring uit-
voeren
Trekzaagsneden (fig. 22)
Waarschuwing:
• Trek tijdens het zagen nooit de zaagkop en het lopende
zaagblad naar u toe. Het blad zou aan de bovenzijde van
het werkstuk omhoog kunnen gaan en een terugslag van
de zaagkop met het blad kunnen veroorzaken.
• Schuif het lopende blad nooit naar beneden uit voordat
u de zaagkop aan de voorzijde van de zaag heeft getrok-
ken.
• Maak de sledeafgrendelingsgreep (1) los zodat de zaag-
kop zich vrij kan bewegen.
• Stel de gewenste hellingshoek en/of verstekhoek in en
vergrendel deze.
• Bij hellingszaagsneden stelt u zowel de linker als de
rechter schuifaanslag (2) in werkende positie in.
• Gebruik een schroefklem om het werkstuk vast te zet-
ten.
• Pak de zaaggreep (3) en trek de slede (4) naar voren, tot-
dat het midden van het zaagblad zich over de voorzijde
van het werkstuk (5) bevindt.
• Trek aan de ontspanner (6) om de zaag aan te schake-
len.
• Als de zaag haar volledige snelheid heeft bereikt, drukt
u de handgreep langzaam naar beneden door de boven-
kant van het werkstuk.
• Beweeg de handgreep langzaam tegen de aanslag en
maak de zaagsnede geheel af.
• Bedien de ontspanner en laat het blad uitlopen voordat
u de zaagkop naar boven beweegt.
Instellen van de diepte van de snede (fig. 23)
Voor rechte en platte herhalende zaagsneden kan de snij-
diepte vooraf worden ingesteld.
• Beweeg de zaagkop naar beneden, totdat de tanden van
het zaagblad de gewenste snijdiepte bereiken.
• Terwijl u de bovenste arm in positie houdt, draait u aan
de stopknop (1) totdat deze de stopplaat (2) bereikt.
• Controleer de diepte van het zaagblad en beweeg daar-
toe de zaagkop van voor naar achter over het gehele ge-
bied van een typische zaagsnede langs de stuurarm.
De golflasergeleiding
Uw machine is voorzien van onze nieuwste ontwikkeling,
de lasergeleiding; dit is een door een batterij aangedreven
installatie, die gebruik maakt van klasse IIIa laserstralen
De laserstralen maken het u mogelijk om de afstand van
de verstekzaagsnede op het werkstuk van tevoren te zien,
voordat u met zagen begint.
Gevaar: De laser is geactiveerd als het zaagblad draait.
Kijk niet in de straal, ook niet met optische instrumenten.
Verwijder het waarschuwingsplaatje dat zich op de zaag-
bladbescherming bevindt niet. Vermijd direct oogcontact
met de lichtbron.
Let erop:
De rode laserlijn verschijnt als stippellijn als de
motor wordt geactiveerd en het zaagblad zich in de hoogste
positie bevindt. Deze onderbroken lijn maakt het u mo-
gelijk om de markering op uw werkstuk in overeenstem-
ming te brengen met de snijlijn van het zaagblad. Als u
het zaagblad naar beneden beweegt komt de bescherming
omhoog. De onderbroken lijn verandert in een doorgetrok-
ken laserlijn.
Waarschuwingsplaatje laser:
Maximale prestatie < 1mW di-
odelaser: 630 – 670 nm. Voldoet aan de norme EN60825-
1.
Laserbediening
Zaagbladeenheid in hoogste positie:
• Leg het werkstuk op de verstekzaag.
• Schakel de zaag aan om de laserstraal te activeren.
• Vergewis u ervan dat de laserstraal overeenkomt met de
markering op uw werkstuk. (
Waarschuwing:
Schuif het
zaagblad tijdens het instellen niet naar beneden.
• Als de markering op het werkstuk niet met de laserstraal
overeenkomt, schakelt u de machine uit, wacht u tot het
zaagblad stilstaat, en verschuift u het werkstuk.
• Schakel de zaag weer aan en controleer de lijn.
• Zodra de lijn overeenkomt, maakt u het werkstuk vast
met een schroefklem en voert u de zaagsnede uit.
Zaagblad verwisselen (fig. 24, 25, 26)
Waarschuwing:
Om het onbedoeld starten van de zaag te
voorkomen, schakelt u de schakelaar altijd uit en neemt
u de stekker uit het stopcontact voordat u het zaagblad
verwisselt. Gebruik correct geslepen zaagbladen. Let op
de maximale snelheid en het op het zaagblad aangege-
ven zaagtype. Voer het verwisselen en instellen van het
zaagblad correct uit. Gebruik uitsluitend zaagbladen die in
deze gebruiksaanwijzing worden aanbevolen.
Demontage van het zaagblad
Trekt de stekker uit het stopcontact voordat u het zaagblad
verwisselt of installeert.
• Til de verstekzaag rechtop.
• Til de onderste doorzichtige kunststofzaagbladbescher-
ming in de bovenste positie (1, fig. 24).
• Terwijl u de onderste zaagbladbescherming vasthoudt,
maakt u de schroef van het afdekblik (2, fig. 24) los met
een kruiskopschroevendraaier.
• Draai de afdekplaat (3) zodat de spanschroef (4) vrij-
komt.
• Plaats de zaagbladsleutel op de spanschroef.
• Zoek naar de golfvergrendeling (5, fig. 25) op de motor
onder de riemafdekking.
• Druk de golfvergrendeling in en houd deze vast terwijl u
het zaagblad met de klok mee draait. De golfvergrende-
ling sluit zich en vergrendelt de golf. Blijf de vergrende-
ling vasthouden terwijl u de sleutel met de klok mee-
draait om de spanflens los te maken.
• Verwijder de spanschroef (4, fig. 26), de spanflens (6,
fig. 26) en het zaagblad (7, fig. 26). Verwijder de bin-
nenste flens niet.
• Til de onderste doorzichtige kunststofzaagbladbescher-
ming (1, fig. 24) rechtop om het zaagblad te verwijde-
ren.
Let erop:
Onthoud zorgvuldig de positie van de verwijder-
de onderdelen en hun montagewijze. Verwijder zaagsel
Summary of Contents for 1901202901
Page 90: ...90 suomi ...
Page 101: ...international 101 ...
Page 102: ......
Page 103: ...2KGN 3C12 2HG0 2H1N 0KB9 2Z1M ...