58
8. Opstellen en montage
Het apparaat mag alleen geïnstalleerd worden door een vakman die met de gevaren en de
relevante voorschriften hiervoor bekend is. Onderhoud, bediening en ingebruikname van dit
product mogen alleen uitgevoerd worden door personen die adequaat gekwalificeerd zijn.
Let er bij de keuze van de installatieplaats van uw apparaat op dat schokken, trillingen, stof,
hitte, koude en vochtigheid vermeden moeten worden. Zorg er tevens voor dat er zich geen
krachtige transformatoren of motoren in de buurt van het apparaat bevinden.
De LED-spot mag alleen worden gebruikt op plaatsen waar de maximum temperatuur 40 °C is.
Dek het apparaat nooit af. Zorg bij installatie samen met andere apparatuur voor voldoende
ventilatie. Houd voldoende afstand tot andere apparaten en muren. Plaats de LED-spot niet in de
directe nabijheid van andere warmtebronnen. Richt geen sterke beamers of lichtbronnen op het
apparaat. Dit kan leiden tot oververhitting (brandgevaar!).
Boor of schroef om het apparaat te bevestigen geen extra schroeven in de behuizing. Daardoor
kunnen delen bereikbaar worden waar gevaarlijke spanning op staat.
Het apparaat moet zo geïnstalleerd worden dat er geen personen met hun handen bij kunnen.
Zorg voor een afstand van minstens 0,5 m tussen verlichte objecten en de lichtuitvoer van het
apparaat.
Zorg tevens voor een vrije ruimte van minstens 0,5 m tussen het apparaat en zeer brandbare
objecten zoals decoratieve materialen. Anders bestaat er brandgevaar!
Zorg er bij de montage van het product voor dat de kabel niet geplet, geknikt of door scherpe
kanten beschadigd kan worden.
Tijdens installatie- en servicewerk moet het gebied onder de plek waar het apparaat
geïnstalleerd is, ontoegankelijk zijn.
Het installatieoppervlak resp. –object moet dusdanig bemeten zijn dat het minstens een uur lang
het tienvoudige gewicht kan dragen zonder blijvende schadelijke vervorming.
Het apparaat moet als het op een hoge plaats geïnstalleerd is in ieder geval door een tweede,
van het primaire installatiemechanisme onafhankelijke veiligheidsophang gezekerd worden.
Als de hoofdbevestiging het begeeft, mogen geen delen van het apparaat naar beneden vallen.
Bij het opstellen/de montage moet de hand worden gehouden aan alle hierop betrekking
hebbende voorschriften van uw land.
Oplevering van de installatie (bij commercieel/openbaar gebruik):
Voor de eerste ingebruikname en na belangrijke veranderingen daaraan moet de installatie (met
inbegrip van de elektrische aansluitingen) door een vakman gecontroleerd worden.
Controle door een zaakkundige eenmaal per jaar is verplicht.
Minimaal eenmaal per 4 jaar moet het apparaat losgekoppeld en door een expert gecontroleerd
worden.