![REMA LK-13 Series Owner'S Manual Download Page 25](http://html1.mh-extra.com/html/rema/lk-13-series/lk-13-series_owners-manual_1436729025.webp)
21
1.1.16
Het afstellen van de slipkoppeling
Als de belasting op een vast bevestigingspunt wordt gemeten met een veren krachtmeter is de waarde die
kan worden afgelezen naast de slipkoppeling 30% hoger dan bij de nominale afstellingswaarde.
1. Maak de contramoer (29) los.
2. Zet de drukveer (27) op gevoel vast door de ventilator (28) met schroefbus zo om te draaien dat de kettingtakels de
last nog net omhoog kan hijsen.
Als de ventilator (28) met schroefbus naar rechts wordt gedraaid, wordt de drukveer (27) strakker aangespannen
– het moment van de koppeling neemt toe.
Als de ventilator (28) met schroefbus naar links wordt gedraaid, wordt de drukveer (27) minder strak aangespannen
– het moment van de koppeling neemt af.
3. Stel de ventilator (28) met schroefbus af met de zeskopkantcontramoer (29).
4. Controleer de afstelling van de koppeling opnieuw door de nominale last op te hijsen tot aan de hoogste haakstand.
Bij afstelling van de koppeling met een kraanweegschaal of een afsteltoestel mag de slipkoppeling niet
meer dan 2-3 seconden in werking zijn.
Lastketting
Hijskettingen zijn lastdragende installaties waarvoor een keuring verplicht is. Houd daarom rekening met de door het
Centrum voor Ongevallenbestrijding van de Vakbond uitgegeven richtlijnen aangaande stalen kettingen die bij
kettingtakels worden gebruikt, alsmede de richtlijnen en voorschriften met betrekking tot keuringen en de betreffende
nationale normen DIN 685, deel 5 uit november 1981, UVV, BGV D8 (VBG 8, april 1997), UVV, BGV D6 (VBG 9, april
2001) en EN 818-7, september 2002.
1.1.17
Het smeren van de lastketting vóór ingebruikname en tijdens het gebruik
De lastketting dient vóór de eerste ingebruikname in lastvrije toestand over de gehele lengte op de
draaioppervlakten te worden gesmeerd met aandrijfolie. Afhankelijk van de intensiviteit van het gebruik en
de bedrijfsomstandigheden is het nodig de draaioppervlakten na reiniging opnieuw in te smeren.
Gebruik een droog smeermiddel (bijv. glijlak, grafietstof) in een omgeving waar slijtage sneller optreedt
(zand, slijpsel) voor de smering van de ketting.
1.1.18
Controle op slijtage van de lastketting
De voortdurende controle van de lastketting is in de zin van deel 5 van DIN 685 en de UVV BGV D8 § 27
(VBG 8 § 27) een verplicht voorschrift. De lastketting dient vóór ingebruikname en onder normale bedrijfs-
omstandigheden om de 200 bedrijfsuren hetzij na 10.000 hijs/zakcycli, maar bij zware bedrijfs-
omstandigheden vaker, te worden gecontroleerd.
Controleer in het bijzonder kettingschakels bij de raakvlakken op slijtage, scheuren, deformatie en andere
beschadigingen.
De ketting moet worden vervangen als:
de nominale dikte op de raakvlakken met 10 % is afgenomen,
een schakel 5%, of 11 kettingschakels 2 % uitgerekt zijn,
de kettingschakels stijf zijn geworden.
Bij het vervangen van de ketting dienen ook de kettingneerdrukker en de kettinggeleider te worden
vervangen.
Let op!
Gebruik als vervangende ketting alleen de lastketting die door de fabrikant van de kettingtakels
geleverd is.
1.1.19
Het meten van slijtage en het vervangen van de ketting
max. t-waarde =
max. t-waarde =
47,3
504,9
bij één kettingschakel
bij 11 kettingschakels
d
m
= minimaal 0,9 d = 14,4
Formule:
2
2
1
d
d
d
m
Afbeelding 23: Meten van de slijtage en het vervangen van de ketting