35
Gebruiksaanwijzing
NL
6. Duwen van de driewieler
Het duwen van de driewieler moet u met
enkele handgrepen voorbereiden:
z
Vrijloop instellen
z
Voetsteunen monteren
(zie de separate montagehandleiding)
z
Stuur vastzetten
z
Duwstang instellen
z
Rugleuning vergrendelen
z
Gordel omdoen
z
Bagagebak plaatsen
z
Schoudertas vastmaken
Na aanpassing van de driewieler voor gebruik
als speelgoed (zie
Driewieler gereedmaken
om mee te spelen
, pagina 38) vervalt het
omdoen van de gordel.
Vrijloop instellen
Door de automatische vrijloop kan de driewie-
ler veilig gebruikt worden als duwvoertuig.
Daarbij kunnen de voeten van het kind op de
pedalen of op de voetsteunen rusten, zodat
dat de pedalen meedraaien.
z
Trek de vrijloophuls naar buiten aan de vork
(afb. 24, A).
z
Rol de driewieler naar voren. De pedalen
mogen niet meedraaien.
Stuur vastzetten
U kunt het stuur vastzetten. Het sturen van het
voorwiel is dan niet meer mogelijk. De vastge-
zette besturing voorkomt dat u doorlopend de
richting moet corrigeren, omdat het kind met
het stuur speelt, terwijl u de driewieler duwt.
z
Zet het stuur recht vooruit in rijrichting.
z
Draai de knevel aan de rechterzijde boven
het voorwiel rechtsom tot aan de aanslag
(afb. 25, A).
Aan de bovenzijde is nu een pijl te zien die
naar voren wijst. Het stuur is daarmee vastge-
zet.
Let op!
Draai bij vastgezet stuur niet met geweld aan
het stuur! Door de grote hefboomwerking die
van het stuur uitgaat, kunnen extreme krach-
ten het vastzetmechanisme van het stuur ver-
nielen.
Duwstang instellen
Als de duwstang nog niet geplaatst is, lees
dan de paragraaf
Duwstang plaatsen
,
pagina 32.
De duwstang van de driewieler maakt u en uw
kind even mobiel. U kunt met uw kind een
wandeling maken of samen boodschappen
gaan doen. Wanneer u de handgreep van de
duwstang omlaag drukt, komt het voorwiel van
de driewieler van de grond, waarna de driewie-
ler in elke richting gestuurd kan worden.