KOOKT
ABELLEN
Kooktabellen
aan de kook
tussenstand
doorkookstand
brengen
1,2
◆
s o e p
bouillon trekken
12
9
3
heldere soep
12
10
2/3
gebonden soep
10
-
10
◆
v l e e s
klein vlees
10
-
7
groot vlees
11
10
3/5
biefstuk
7/8
-
-
◆
v i s
bakken
11
10
8
◆
a a r d a p p e l s
koken
12
8
6
bakken
rauwe aardappels
12
8
6
gekookte aardappels
10
-
-
◆
g r o e n t e
erwten, bonen
12
8
4
uien fruiten
10
-
7
stevige groenten
zoals worteltjes, boontjes
12
8
3
slinkgroenten
zoals andijvie, spinazie
10
-
4
ontdooien
worteltjes, boontjes
8
-
-
bladgroenten
6
-
-
◆
s a u s
gebonden saus d.m.v. roux
of aangemengd bindmiddel
10
-
10
◆
f r i t u r e n
frites bakken
12
-
12
kroket - diepvries
12
-
8
kroket - vers
12
-
10
6
7
Koken met een inductiekookplaat
In het begin zult u verrast zijn door de
snelheid van het toestel. Vooral het aan de
kook brengen op een hogere stand gaat zeer
snel. Om overkoken of droogkoken te
voorkomen, kunt u het beste er bij blijven
staan. Schakel de kookplaat alleen op het
hoogste vermogen (stand 12) in als u water
aan de kook wilt brengen. Stand 12 is te hoog
voor verhitten van boter of melk en veel te
hoog voor ontdooien.
Raadpleeg, om de techniek te leren kennen,
de kooktabellen op pagina 7 en 8.
Standen en vermogens
Het vermogen is instelbaar van 50 W tot
2,8 kW
stand 1
50W
stand 6
500W
stand 10
1,4 kW
stand 12
2,8kW
Stand 11 is de grillstand. Deze stand is
geschikt om vlees te bakken. Op stand 12 gaat
dit veel te hard, de melkbestanddelen in de
margarine verbranden voordat de margarine
gesmolten is.
Het glaskeramische kookvlak is
krasbestendig, echter
■
gebruik het kookvlak niet als snijplank;
■
schuif nooit met pannen over het kookvlak.
Een achtergebleven zandkorreltje kan een niet
te verwijderen kras veroorzaken. Til pannen
op als u ze wilt verplaatsen.
Tijdens het koken op inductie kunt u een
ratelend geluid horen in de bodem van de pan.
Dit is onschuldig voor de pan en het toestel.
Het wordt veroorzaakt doordat het hoge
vermogen van de kookzone inwerkt op de
panbodem. Het ratelende geluid kunt u
verminderen door een lagere stand te kiezen.
Tip: schuif de panbodem over een vochtige
doek, voordat u de pan op het kookvlak zet. Dit
voorkomt dat er zandkorreltjes en dergelijke
op het kookvlak terecht komen.
Laat nooit een lege pan op een ingeschakelde
kookzone staan. Hoewel de kookzone
beveiligd is tegen oververhitten, wordt de pan
zeer heet en bestaat de kans dat deze
beschadigd raakt.
TOEP
ASSING
Figuur 7:
Pannen optillen
Figuur 8:
Pannen niet
schuiven