PDTS 6.3 B3
■
44
│
NL
│
BE
■
Zorg ervoor dat de slijpschijf veilig op de slijp-
machine voor slijpschijven is geklemd.
■
Controleer of het maximale bedrijfstoerental van
de slijpschijf, omgerekend in omwentelingen per
minuut, gelijk is aan of hoger is dan het nominale
toerental van de spil.
■
Zorg ervoor dat de beschermkap is gemon-
teerd, dat deze in goede toestand en volgens
de voorschriften is bevestigd en dat deze perio-
diek wordt gecontroleerd.
■
Als het werkstuk de slijpschijf omsluit, is voor
het slijpen van binnenkanten mogelijk geen
beschermkap vereist.
■
Controleer of de spanflenzen worden gebruikt
in overeenstemming met de specificaties van
de fabrikant en of ze in goede toestand, bijv.
zonder scheuren en breuken, en egaal zijn.
■
Controleer of de spil en de spildraad beschadigd
of versleten zijn.
■
Zorg ervoor dat vonken en splinters die tijdens
het gebruik ontstaan, geen risico vormen.
■
De slijpmachine moet voorafgaand aan verwis-
seling van de slijpschijf en onderhoud worden
losgekoppeld van de voeding.
Risico's door verstrikking
■
Er kan gevaar voor verstikking, scalperen en/
of snijwonden bestaan wanneer losse kleding,
sieraden, kettingen, haar, of handschoenen niet
uit de buurt van het apparaat en de accessoires
ervan worden gehouden.
Risico's in bedrijf
■
Vermijd contact met de roterende spil en de be-
vestigde slijpschijf om snijwonden aan handen
of andere lichaamsdelen te voorkomen.
■
Bij gebruik van het apparaat kunnen de handen
van degene die het apparaat bedient blootge-
steld zijn aan risico's zoals snij- en schaafwon-
den en aan warmte. Draag geschikte hand-
schoenen om de handen te beschermen.
■
Degenen die het apparaat bedienen en on-
derhouden, moeten fysiek in staat zijn om de
grootte, het gewicht en het vermogen van het
apparaat te hanteren.
■
Houd het apparaat juist vast:
wees voorbereid op de gebruikelijke of plotse-
linge bewegingen. Houd beide handen klaar.
■
Let erop dat uw lichaam in balans is en dat u
stevig staat.
■
Schakel het apparaat uit in het geval van een
stroomonderbreking.
■
Gebruik uitsluitend aanbevolen smeermiddelen.
■
Draag een beschermbril; het dragen van veilig-
heidshandschoenen en beschermkleding wordt
aanbevolen.
■
Bij werkzaamheden boven het hoofd moet een
beschermende helm gedragen worden.
■
Leg het apparaat na uitschakeling pas neer
nadat de schijf tot stilstand is gekomen.
■
Bij doorslijpen moet het werkstuk zodanig worden
gesteund, dat de doorslijpsleuf gedurende de
hele bewerking een constante of toenemende
breedte heeft.
■
Mocht het slijpmiddel vastzitten in een
doorslijpsleuf, dan moet het apparaat worden
uitgeschakeld en moet de slijpschijf worden
losgemaakt. Controleer, voordat u verder werkt,
of de slijpschijf nog volgens de voorschriften is
bevestigd en niet beschadigd is.
■
Slijpschijven en doorslijpschijven mogen niet
worden gebruikt voor het slijpen van zijkanten
(uitzondering: slijpschijven voor het slijpen van
zijkanten). Slijpmachines voor slijpschijven mogen
met niet meer dan het maximale toerental van
een slijpmiddel worden gebruikt.
■
Vergewis u ervan dat zich geen personen in
de onmiddellijke nabijheid van het apparaat
bevinden.
■
Er moeten persoonlijke beschermingsuitrustin-
gen zoals geschikte handschoenen, schorten en
veiligheidshelmen worden gebruikt.
■
Door vonken tijdens het slijpen kan de kleding
vlam vatten en ernstige verbrandingen veroor-
zaken. Zorg ervoor dat er geen vonken op de
kleding terechtkomen. Draag brandvertragende
kleding en zorg ervoor dat er een emmer water
in de buurt staat.
Summary of Contents for PDTS 6.3 B3
Page 3: ...A...