29
3.2 De generator aansluiten
Raadpleeg “Aanbevolen systeemlay-out” op pagina 28 voor de gewenste
systeemconfiguratie.
De generator moet worden aangesloten op het applicatie-instrument met
een koperen buis van klasse B-280 of iets gelijkaardigs. Verwijder de
afdichtplug van de N2 (MFC)-uitlaatpoort en sluit de meegeleverde 18”
tot 14”-leidingadapter erop aan. Steek de leiding in het verbindingsstuk
van de uitlaatpoort en draai aan de moer van de leiding tot die handvast
zit. Gebruik nu een moersleutel om de moer nog één en een vierde (1 1/4)
draai te geven. Indien de generator geen ingebouwde compressor heeft,
verwijder dan de afdichtplug van de luchtinlaatpoort en sluit er de 14”
klemringkoppeling op aan. Sluit de luchttoevoer aan op de
luchtinlaatpoort zoals hierboven beschreven. Wanneer u leidingen
afsnijdt, gebruik dan altijd de juiste werktuigen zodat u zuiver en loodrecht
kunt snijden. Bij het snijden van leidingen komt afval vrij dat moet worden
verwijderd, anders kan het de afwaartse instrumenten beschadigen. Het
is raadzaam alle leidingen te spoelen om al het mogelijke vuil te
verwijderen. Zorg ervoor dat de leidingen voldoende worden
ondersteund, om schade en lekken in het systeem te vermijden.
Sluit de Mist-X aan op het afvoergat van de generator. De demper moet in
een reservoir worden geplaatst om veilig de mist op te vangen.
Alle onderdelen die in het systeem worden gebruikt, moeten minstens geschikt zijn voor de maximale bedrijfsdruk van de apparatuur. Beveilig
altijd het systeem door geschikte drukontlastingsventielen te installeren.
3.2.1 Stroomvoorziening
Raadpleeg de kenplaat voor de juiste netspanning en -frequentie. Selecteer het geschikte elektriciteitssnoer en sluit het aan op de geschakelde
IEC 320-contrastekker op de generator. Steek de stekker rechtstreeks in het stopcontact. Gebruik geen verlengsnoer.
3.2.2 Economy-moduskast (optioneel)
De economy-kast is gemonteerd parallel aan de N
2
MFC uitlaat en controleert de achterdruk van het applicatie-instrument. Wanneer de druk
een vooraf ingesteld niveau overschrijdt, wat betekent dat er geen vraag is naar gas, wordt de generator gestopt en wordt de integrale
compressor uitgeschakeld.
De generator blijft in deze bedrijfsstand (economy-modus) totdat de druk zakt, waarna een snelle cyclus wordt doorlopen en de normale
werking wordt hervat. In de economy-modus voert de generator om de 2 uur een snelle cyclus uit om het systeem te spoelen.
Neem contact op met Parker dominick hunter voor meer informatie over de economy-kast.
Voordat u de voeding van de generator inschakelt, dient u het toegangspaneel achteraan de
generator te verwijderen en de M8x20mm verpakkingsbout op iedere montagehouder van de
compressor los te schroeven met een moersleutel van 13 mm.
Plaats vervolgens het achtertoegangspaneel terug en ga verder met de installatie.
Volgt u deze aanwijzingen niet, kan dit onherstelbare schade aan de generator veroorzaken en
vervalt de garantie.
Om schade aan het toepassingsinstrument te vermijden, moeten de systeemleidingen worden gespoeld gedurende minstens één uur voor
iedere 10 meter leiding. Het toepassingsinstrument mag op dat moment niet aangesloten zijn op de systeemleidingen. Raadpleeg “De
generator in werking stellen” op pagina 30 voor details over het spoelen.