Otto Bock 28F10, Instructions For Use Manual, Page: 44 / 104

44
LET OP
Contact met vet- en zuurhoudende middelen, oliën, zalven en lotions
Onvoldoende stabilisatie door functieverlies van het materiaal
► Stel het product niet bloot aan vet- en zuurhoudende middelen, oliën, zalven en lotions.
LET OP
Product wordt blootgesteld aan verkeerde omgevingscondities
Beschadigingen, bros worden of onherstelbare defecten door een verkeerd gebruik
►
Vermijd opslag bij condenserend omgevingsvocht.
► Vermijd contact met schurende stoffen (bijv. zand en stof).
►
Stel het product niet bloot aan temperaturen lager dan -10 °C en hoger dan +50 °C (bijv.
sauna, overmatige zonnestraling, drogen op de verwarming).
5 Gebruik
INFORMATIE
►
De dagelijkse draagtijd en de periode dat het product moet worden gedragen, worden
gewoonlijk bepaald door de arts.
► De eerste keer dat het product wordt aangepast en gebruikt, dient dat te gebeuren onder
begeleiding van een vakspecialist.
►
Leer de patiënt hoe hij het product moet gebruiken en onderhouden.
► Wijs de patiënt erop dat hij onmiddellijk een arts moet raadplegen, wanneer hij bijzondere
veranderingen bij zichzelf constateert (bijv. verergering van de klachten).
5.1 Maatkeuze
►
Kies de orthesemaat aan de hand van de schoenmaat (zie de maattabel).
Maat Schoenmaat Maat
hielhouder Maat
lengtegewelf Maat
voorvoetkap
S 36 - 41 Houder maat S
(36-41) Lengtegewelf maat S
(36-41) Voorvoetkap maat S
(36-41)
M 42 - 46 Hielhouder maat M -
L (42-50) Lengtegewelf maat M
(42-46) Voorvoetkap maat M
(42-46)
L 47 - 50 Hielhouder maat M -
L (42-50) Lengtegewelf maat L
(47-50) Voorvoetkap maat L
(47-50)
5.2 Aanpassen
1) Plaats het lengtegewelf (12) in de hielhouder (13).
INFORMATIE: Plak het lengtegewelf voor een goede positionering op een vel papier.
Laat de patiënt op het lengtegewelf gaan staan, richt dit uit op het voetwortelbeen (os
naviculare) en markeer de omtrek van de voet met een stift (zie afb. 2). Knip de
omtrek vervolgens uit (zie afb. 3) en plaats het uitgeknipte stuk papier zo in de hiel­
houder (zie afb. 4), dat de hiel met de punt tegen de markering in de hielhouder aan
komt te zitten.
2) Markeer de positie van het lengtegewelf in de hielhouder (zie afb. 5).
3) Klit het lengtegewelf vast op de markering in de hielhouder.
4) Leg het voetbedpolster (8) in de hielhouder (zie afb. 6).