103
door hem naar rechts te trekken.
4)
Haal hefboom 10 over (Fig. 2) en draai de
duwboom in tegenuurwijzerzin (naar links),
zoals aangeduid in Fig. 7/B.
5)
Plaats hefboom 10 weer terug in zijn
oorspronkelijke stand, zo blokkeert de
duwboom.
6)
Duw de pook 7 in zijn zitting S.
N.B.
– Om de duwboom weer terug in zijn
normale stand te brengen (freesstand),
herhaal dezelfde handelingen maar draai de
duwboom in uurwijzerzin (naar rechts) zoals
getoond in Fig. 7/A
BELANGRIJK - ledere keer dat men de
stuurhendels 180° draait dient de hendel
van het omkeermechanisme verplaatst
te worden:
Positie a: Motorploeg uitvoering met
frontaale werktuigen (fig. 8)
Positie b: Motorploeg uitvoering frees
(fig. 8).
N.B.
- Om het inschakelen van het
omkeermechanisme te vereenvoudigen
dient men de IV versnelling in te schakelen
en, met aangetrokken koppeling, kleine
voor- en achteruitbewegingen te maken met
de wielen.
Fig.8
BEVEILlGINGEN
De motorploeg is voorzien van verschillende
beveiligingen:
1) MOTORSTOP
Fig. 9 geeft de werkpositie aan van
motorstophendel 1. Als de handgrepen - om
wat voor reden dan ook - worden losgelaten
dan komt motorstophendel 1 automatisch in
de positie van Fig. 10 te staan en gaat de
motor uit.
2) KOPPELINGSKLEM
Als koppelingsklem C is ingeschakeld (Fig.
11) wordt iedere beweging verhinderd bij
ingeschakelde versnelling.
3 ) B L O K K E R I N G S M E C H A N I S M E
AFTAKAS
Deze beveiliging bevindt zich in de
versnellingsbak en controleert de inschakeling
van de achteruitversnelling en de aftakas.
In praktijk betekent dat dat bij een
ingeschakelde achteruitversnelling
de aftakas wordt uitgeschakeld en
andersom.
Fig. 10
Fig. 11
Fig. 9
Fig.8 A
