102
AFTAKASSEN
(Fig. 5)
(Gegevens gelden voor 3000 toeren/min.)
De machines zijn met 2 aftakassen achteraan
uitgerust, waarvan 1 onafhankelijke aftakas
met 2 snelheden, 585 en 900 toeren/min, en 1
die met de versnelling gesynchroniseerd is.
De onafhankelijke aftakas wordt bediend met
hendel 7 (Fig. 2)
- Met de stuurhendels in de freespositie dient
men naar de rode figuurtjes op het plaatje
te kijken.
- Met de stuurhendels in de positie voor
frontale werktuigen (maaibalk) dient men op
de gele figuurtjes op het plaatje te letten.
N.B.: Om de aftakas in- en uit te schakelen
dient de koppeling gebruikt te worden.
Bij ingeschakelde achteruitversnelling
schakelt de aftakas zichzelf uit.
Draairichting rechts in freesuitvoering,
links in uitvoering frontale werktuigen.
OMKEREN STUURHENDELS
VOOR GEBRUIK VAN FRONTALE
WERKTUIGEN
(Fig. 7 )
BELANGRIJK - Deze handeling mag slechts
uitgevoerd worden bij uitgeschakelde
motor en versnelling in vrije stand. De nu
volgende instructies dienen opgevolgd
te worden.
1)
Plaats de poken van de bediening van
de snelheden en van de aftakas in de vrij-
stand.
2)
Wanneer de machine onafhankelijk me-
chanische remmen heeft, laat de twee kabels
alvorens het stuur te hangen en te werken
over (Fig.8A).
3)
Verwijder pook 7 (Fig. 2) uit zijn zitting S
DIFFERENTIEELBLOKKERING
(Fig. 6)
De motorploeg is voorzien van differentieel
en differentieelblokkering. De differentieel-
blokkering wordt geactiveerd door hendel 3
(Fig 2) rechts op de stuurboom .
N.B.: De differentieelblokkering mag
gebruikt worden terwijl de machine in
beweging is maar alleen wanneer de wielen
niet slippen. Maak dan gebruik van de
koppeling om de differentieelblokkering in
te schakelen. Laat de koppeling langzaam
opkomen.
OPGELET - De differentieel-
blokkering niet gebruiken tijdens
het nemen van bochten.
STUURHENDELS (Fig. 2)
De verticale verstelbaarheid van de
stuurhendels maakt 10 hoogte-instellingen
mogelijk. Gebruik hendel 1. De horizontale
(zijwaartse) verstelbaarheid van de
stuurhendels maakt 6 zijwaartse instellingen
mogelijk (3 instellingen met stuurhendels in
normale stand en 3 instellingen met 180°
gedraaide stuurhendels).
Gebruik hendel 10.
Fig.6
Fig.5
Fig.7