Nederlands
Gebruiksaanwijzing
36
Opbergen
Laat de motor afkoelen voordat
u het apparaat opbergt.
Bewaar het apparaat in een
droge, afgesloten ruimte,
om gebruik door onbevoegden
en schade te voorkomen.
Houd het apparaat buiten bereik
van kinderen.
Langdurig opbergen
Ga als volgt te werk als het apparaat
langdurig moet worden opgeborgen:
Reinig het apparaat grondig
en controleer het op losse of be-
schadigde delen.
Repareer beschadigde delen
of vervang deze en draai losse
schroeven, moeren en bouten
vast. Het apparaat kan nu worden
opgeborgen.
Bewaar het apparaat in een
droge, afgesloten ruimte, om
gebruik door onbevoegden
en schade te voorkomen.
Houd het apparaat buiten bereik
van kinderen.
Vervoer
Motor stoppen.
Netstekker uit stopcontact
trekken.
Aansluitkabel van aansluitstekker
van apparaat lostrekken.
Laat het apparaat afkoelen voor-
dat u het vervoert of verplaatst.
Zet het apparaat vast, zodat het
niet kan wegglijden.
Garantie
In uw land gelden de garantievoor-
waarden van onze verkoopmaat-
schappij of importeur.
Storingen aan het apparaat ver-
helpen wij kosteloos in het kader van
de garantie, inden een materiaal- of
fabricagefout hiervan de oorzaak is.
Neem bij garantiekwesties contact
op met uw leverancier of de vesti-
ging bij u in de buurt.
Fouten verhelpen
Neem bij vragen contact op met uw erkende leverancier.
Fout
Oorzaak
Oplossing
Motor start niet.
Aansluitkabel niet aangesloten
of defect.
Kabel controleren en aansluiten, indien nodig
vervangen of door een vakman laten repareren.
Zekering van stroomkring over-
belast.
Zekering inschakelen, een sterkere zekering
gebruiken of een sterkere zekering door een
vakman laten installeren.
Bedrijfsschakelaar defect.
Door een gespecialiseerd bedrijf laten repareren.
Motor slaat plotseling af.
Stekker is losgeraakt.
Kabel controleren, controleren of de kabel in de
trekontlasting is bevestigd en de stekker weer
in de aansluiting steken.
Overbelastingsbescherming
is geactiveerd.
Netstekker uit het stopcontact trekken en het
gereedschap laten afkoelen (ca. 10 minuten).
Sterke trillingen.
Beschadigde maaigereed-
schappen of aandrijvingsdelen.
Schakel het gereedschap onmiddellijk uit.
Laat defecte delen door een gespecialiseerd
bedrijf vervangen.
Draadkop geeft trimdraad
niet vrij.
Gras op draadkop gewikkeld.
Stop de motor en reinig de snijkop.
Geen draad in draadkop.
Wikkel een nieuwe draad op.
Spoel klemt.
Vervang de spoel.
Draadkop vuil.
Draadspoel en spoelhuis reinigen.
Draad gesmolten.
Demonteren, gesmolten deel verwijderen
en draad opnieuw opwikkelen.
Draad bij vullen gedraaid.
Demonteren en draad opnieuw opwikkelen.
Onvoldoende draad
toegevoerd.
De aantipknop aantippen en draad uittrekken
tot er 10 cm draad uit het spoelhuis komt.