53
Instelling van de bedrijfsmodus
Algemene menubediening
Via het LED-display en de functietoetsen MENU, UP, DOWN en ENTER gebeurt de instelling van de bedrijfswijze.
• Druk net zo vaak op de toets MENU, tot het gewenste menupunt op het LED-display zichtbaar wordt.
• Selecteer met de toetsen UP of DOWN de gewenste optie.
• Bevestig uw keuze met de toets ENTER.
Weergave
Instelbereik
Functie
A001
A001-A512
DMX-besturing / instelling van het DMX-startadres 001-512
A1 1
A1 1 - A1 9
permanent rood licht met regelbare motorsnelheid
A2 1
A2 1 - A2 9
permanent groen licht met regelbare motorsnelheid
A3 1
A3 1 - A3 9
permanent blauw licht met regelbare motorsnelheid
A4 1
A4 1 - A4 9
kleurwisseleffect (3-voudig) met regelbare motorsnelheid
A5 1
A5 1 - A5 9
kleurwisseleffect (7-voudig) met regelbare motorsnelheid
A6 1
A6 1 - A6 9
fade-effect met regelbare motorsnelheid
S0 1
muziekgestuurde kleurwissel / motor blijft zonder aansturing staan
S0 2
muziekgestuurde kleurwissel / motor loopt zonder aansturing verder
De instelwaarde 1-9 bij de automatische functies (door A aangeduid) leggen de motorsnelheid vast
(1=snel / 9=langzaam).
De LED-display dooft uit nadat gedurende enige tijd geen toets wordt ingedrukt. Om het opnieuw te
activeren, drukt u op de toets ENTER.
Stand alone-bedrijf resp. bedrijf als master-apparaat
In deze bedrijfsmodus kan het lichteffect als individueel apparaat (Stand-alone) of als master-apparaat in master-
slave-modus worden gebruikt.
• Stel de gewenste bedrijfsmodus in, zoals hierboven beschreven (maar niet de DMX-besturing).
Bedrijf als slave-apparaat
• Stel het DMX-adres A001 bij de slave-apparaten in.
In de master-slave-modus mag geen externe DMX-controller aan het master-apparaat zijn aangesloten.
In een master-slave-ketting mag slechts één apparaat als master-apparaat zijn gedefinieerd, alle
andere apparaten moeten als slave-apparaat worden gedefinieerd.
