12
9. Anschluss
Anschlussbeispiel:
1 Verstärker
2 Plattenspieler
3 CD Player
4 Steckernetzteil
5 Lautsprecher
OUTPUT
INPUT
PHONO1
LINE1
PHONO2
LINE2
AC 9V
1000mA
ON
POWER
OFF
L
R
CH2
CH1
GND
GND
A
B
A
A
A
C
A
A
A
A
A
S
E
N
O
H
P
D
A
E
H
C
I
M
B
C
C
L
R
1
2
2
3
3
4
5
49
8. Opstellen van het apparaat
Zorg bij de montage in een console met andere apparatuur voor voldoende ventilatie. Zet het apparaat niet op een zachte
ondergrond, zoals een vloerkleed of een bed.
Bovendien mag de luchtcirculatie niet worden gehinderd door voorwerpen als tijdschriften, tafelkleden, gordijnen, en
dergelijke. Dit belemmert de warmteafvoer van het apparaat en kan leiden tot oververhitting (brandgevaar). Laat rondom
de behuizing een ruimte van 5 cm vrij om voldoende ventilatie rondom het apparaat te verkrijgen.
Boor geen extra gaten en draai geen schroeven ter bevestiging in het apparaat; hierdoor kan het apparaat worden
beschadigd en de veiligheid ervan nadelig worden beïnvloed.
Stel het apparaat in een veilige stand op en plaats het op een stabiele ondergrond. Als het apparaat naar beneden valt,
kunnen er personen gewond raken.
Zorg er bij het opstellen van het apparaat voor dat de aansluitkabels niet worden afgekneld of door scherpe randen
worden beschadigd.
Voorkom dat men over aansluitkabels kan struikelen of er achter kan blijven haken. Er bestaat gevaar voor letsel!
Houd er bij de keuze van een opstelplaats rekening mee dat direct, intensief zonlicht, trillingen, stof, hitte, koude en vocht
moeten worden vermeden. Apparaten met sterke elektrische of magnetische velden, zoals transformatoren, motoren,
mobiele telefoons, zenders, PC’s enzovoort mogen zich niet in de onmiddellijke nabijheid van het mengpaneel bevinden,
omdat deze de werking van het mengpaneel nadelig kunnen beïnvloeden.
Het mengpaneel is geschikt voor tafelgebruik en voor inbouw in een console. De vier bevestigingsgaten in de bovenste afdekplaat zijn bestemd
voor montage van het mengpaneel in een console.
Zorg bij de montage in een console met andere apparatuur voor voldoende ventilatie. Boor of schroef voor het bevestigen
van het apparaat geen extra schroeven in de behuizing; hierdoor wordt het apparaat beschadigd. Plaats het apparaat
altijd op een stabiele en veilige ondergrond. Door het toepassen van diverse laksoorten en vernissen bij meubels kan
niet worden uitgesloten dat de pootjes van het apparaat, als gevolg van een chemische reactie, zichtbare sporen op
meubilair kunnen achterlaten. Het apparaat mag daarom niet zonder geschikte beschermingsmaatregelen op kostbare
meubels worden geplaatst.
9. Aansluiting
Verwijder vóór het aansluiten het mengpaneel en alle andere apparaten die met het mengpaneel worden verbonden van het lichtnet (haal de
stekers uit de wandcontactdoos).
Gebruik voor het aansluiten van de tulp-ingangen en -uitgangen alleen hiervoor geschikte, afgeschermde (cinch)kabels. Gebruik
voor het aansluiten van de microfooningang alleen een hiervoor geschikte microfoonkabel. Bij gebruik van andere kabels kunnen er
storingen optreden. Om vervorming of misaanpassing te voorkomen die tot beschadiging van het apparaat kunnen leiden, mogen
op de tulp-ingangen uitsluitend audio-uitgangen van afspeelapparaten met tulp-niveaus worden aangesloten, respectievelijk op
de tulp-uitgangen van het mengpaneel alleen de tulp-ingangen van een audioapparaat. Let hierbij ook op de aansluitniveaus in
de “Technische gegevens”.
9.1. Aansluiten van de ingangen
Voor alle tulp-ingangen geldt:
De witte tulp-bus van het mengpaneel is de ingang voor het linkerkanaal.
De rode tulp-bus van het mengpaneel is de ingang voor het rechterkanaal.
Ingangen LINE1 (20) en LINE2 (17)
Er zijn twee LINE-ingangen beschikbaar. Op deze stereo-tulp-ingangen kan een tuner, CD-speler, MP3-speler enzovoort worden aangesloten.
Op de PHONO-ingangen mogen geen signaalbronnen met hoog niveau, zoals tuners, CD-spelers en dergelijke worden
aangesloten, omdat daardoor de ingangen worden overbelast. In de PHONO-ingangs-bussen zijn kortsluitstekers gestoken. Laat
deze stekers op hun plaats zitten als de betreffende PHONO-ingang niet wordt gebruikt. De kortsluitstekers voorkomen het
binnendringen van brom via de PHONO-ingangen.
Ingangen PHONO1 (21) en PHONO2 (18)
Er zijn twee PHONO-ingangen beschikbaar. Op deze stereo-tulp-ingangen kan de platenspeler worden aangesloten. De PHONO-ingangen zijn
bedoeld voor platenspelers met magnetodynamisch pick-up element.