82
Nummer van de fout Mogelijke oorzaak
Err 1
Er werd
geen
hartslag waargenomen.
Err 2
Abnormale drukimpulsen beïnvloeden het meetresultaat.
Oorzaak : de arm werd tijdens de meting bewogen (artefact).
Err 3
Het oppompen van de manchet duurt te lang. De manchet is niet goed
geplaatst.
Err 5
De meetresultaten geven een onaan vaardbaar verschil aan systolische
en diastolische bloeddruk. Voer zorgvuldig nog een meting uit met
inachtneming van de volgende richtlijnen. Raadpleeg een arts als u
ongebruikelijke metingen blijft krijgen.
HI
De druk in de manchet is te hoog (boven 300 mmHg) OF de polsslag is
te hoog (boven 200 slagen per minuut). Ontspan gedurende 5 minuten
en herhaal de meting.*
LO
De polsslag is te laag (lager dan 40 slagen per minuut). Herhaal de meting.*
* Neem a.u.b. contact op met uw arts wanneer dit of enig anderprobleem vaker optreedt.
Andere mogelijke fouten en oplossingen
Wanneer zich tijdens de meting een probleem voordoet, gaat u volgende punten na en treft u,
indien nodig, de gepaste maatregelen :
Probleem Oplossing
De batterijen zitten in het vakje en de meter
1. Ga na of de polariteit van de batterijen goed
is aangeschakeld en toch verschijnt
is en wijzig indien nodig.
er niets op het scherm.
2. Als de weergave abnormaal is, haal dan de
batterijen uit het toestel en plaats ze er weer
in of vervang ze.
De bloeddrukmeter slaagt er herhaaldelijk niet 1. Controleer of de manchet correct is geplaatst.
in de arteriële bloeddruk te meten of de
2. Voer de meting opnieuw uit in een toestand
gemeten waarden zijn te laag (of te hoog).
van volledige rust en volg de aanwijzingen
onder punt 5.
Alle meetresultaten zijn verschillend hoewel Kijk onder punt “Veelvoorkomende fouten”
het toestel normaal werkt en de waarden
en herhaal de meting.
normaal worden weergegeven.
De meetresultaten verschillen van de waarden Noteer dagelijks de waarden
die mijn arts meet.
en raadpleeg uw arts.