| 226 |
NL
•
Controleren of de diamantschijven correct zijn
bevestigd. De diamantschijven moeten zoals
hierboven wordt beschreven zijn gemonteerd en
moeten vrij kunnen draaien.
AANwIJzING
Wanneer de diamantschijven niet goed vastzitten,
moet nog een 2 mm dikke vulring onder de
aandrukschijf worden gemonteerd.
wAARSCHUwING
Gevaar voor lichamelijk letsel door het breken
van de diamantschijf (rondvliegende delen),
veroorzaakt door beschadigde, onrond draaiende
of vibrerende diamantschijven.
Î
Houd bij het proefdraaien van de machine de
diamantschijven van u af. Raak deze bovendien
niet aan en pak ze ook niet vast.
Beschadigde, onronde of vibrerende
diamantschijven onmiddellijk vervangen.
•
Laat de machine minimaal 30 seconden zonder
belasting proefdraaien.
5.2 Slijpdiepte instellen
•
4
/
5
Draai de zeskantmoer (1) op de
beschermkap (2) met een steeksleutel SW13
los.
•
4
/
5
Stel door het verdraaien van de
beschermkap (2) de slijpdiepte (3) in.
•
4
/
5
De zeskante moer (1) vastdraaien.
5.3 Stofafzuiging aansluiten
•
Controleren of de afzuiging correct werkt.
•
6
Controleer de werking van de afzuiging en
plaats vervolgens de afzuigslang (3) stevig op
de aansluiting (2) van de beschermkap (1).
AANwIJzING
De aansluiting (2) is passend gemaakt voor de
afzuigslang (3) van een speciale afzuigslang van
MAKITA.
6
In koude toestand kan de afzuigslang (3)
alleen met veel kracht op de aansluiting (2) van de
sleuvenzaag worden aangebracht.
5.4 Sleuvenzaag inschakelen en
slijpen
•
7
Houd de sleuvenzaag altijd met beide
handen aan de handgrepen (2) / (6) vast.
•
7
Plaats het voorste geleidewieltje (1) op de
muur - de diamantschijven mogen de muur niet
raken.
•
7
Schakel de sleuvenzaag in met schakelaar
(5) en wacht tot het bedrijfstoerental is bereikt -
groene LED (3) gaat branden.
•
7
Duw de diamantschijven gelijkmatig in de
muur - de groene LED (3) mag niet uitgaan.
•
7
Zodra het achterste geleidewieltje (7) op de
muur rust, kan de sleuvenzaag in de geplande
richting worden geschoven.
•
1
/
7
Arbeidsrichting
van de sleuvenzaag.
VOORzICHTIG
Diamantschijven kunnen door oververhitting stomp
worden of stuk gaan. Een oververhitte (blauw
aangelopen) diamantschijf kan in de regel niet
meer scherp geslepen worden.
Î
De voorwaartse beweging kan slechts zo groot
zijn als de mate waarin de diamantschijven het
materiaal weg kunnen slijpen. Oefen daarom
geen te grote druk uit op de diamantschijven en
voorkom dat de sleuvenzaag kantelt.
De aanwijzingen voor de omgang met
diamantschijven in acht nemen (zie
pagina 228).
7
Als de voorwaartse beweging te snel is, dan gaat
de rode LED (4) branden. Verminder dan direct de
snelheid waarmee u de sleuvenzaag vooruit duwt
zodat de groene LED (3) weer gaat branden.
Als dit waarschuwingssignaal wordt genegeerd,
d.w.z. als de druk naar voren niet vermindert, wordt
de elektronica bij overbelasting uitgeschakeld.
GEVAAR
Gevaar van lichamelijk letsel door een
ongecontroleerd terugslaan van de sleuvenzaag,
veroorzaakt door een kantelen van de sleuvenzaag
in de geslepen sleuf.
Î
Wacht altijd tot de diamantschijf helemaal
stilstaat en haal dan pas de sleuvenzaag uit de
gefreesde sleuf.
Met het frezen kan dan zoals hierboven wordt
beschreven (zie „hfst. 5.4 Sleuvenzaag inschakelen
en slijpen”) worden begonnen en het kan ook zo
worden voortgezet.