37
NL/BE
Let ook op de kleurcombinatie vaan de aangesloten draden (L = zwart of bruin,
N = blauw of wit).
Verbind nu de aarde (groen-geel) met de aardingsklem (zie afb. F).
Let erop dat de afdichting
9
juist is bevestigd aan de aansluitbehuizing
7
,
voordat u de wandplaat
6
bevestigt. Plaats nu voorzichtig de wandplaat
6
op de aansluitbehuizing
7
. Plaats de siliconen ringen
3
, vlakke onderleg-
plaatjes
4
weer terug en bevestig de beide moeren
5
.
Controleer de juiste montage.
Plaats voorzichtig het led-verlichtingsmiddel
14
met en doekje in de fitting en
bevestig het met een kwartslag rechtsom (zie afb. G).
Plaats de lampenkap
1
op de lampbehuizing
2
en draai deze vast. Contro-
leer, of de afdichtingsring aan de lampbehuizing
2
en aan de lampenkap
1
juist is geplaatst (zie afb. H).
Plaats de zekering weer terug of schakel de installatie-automaat in de zekeringkast
weer in (zie afb. J). Uw product is nu gereed voor gebruik.
Verlichtingsmiddel vervangen
LET OP! KANS OP EEN ELEKTRISCHE SCHOK!
Om het led-verlichtingsmiddel
14
te vervangen, dient u het product eerst van
het stroomnet te scheiden. Verwijder hiervoor de zekering of zet de schakelaar
van de zekering op ‘0’.
Laat het product compleet afkoelen.
Verwijder de lampenkap
1
van de lampbehuizing
2
.
Draai het defecte led-verlichtingsmiddel
14
met een kwartslag naar links uit de
fitting. Gebruik hiervoor een droog, pluisvrij doekje om het led-verlichtingsmiddel
14
te vervangen.
Plaats een nieuw led-verlichtingsmiddel
14
in de fitting en bevestig het met een
kwartslag rechtsom.
Controleer de juiste montage.
Plaats de lampenkap
1
op de lampbehuizing
2
en draai deze vast. Contro-
leer, of de afdichtingsring aan de lampenkap juist is geplaatst.
Plaats de zekering of schakel de hoofdschakelaar van de zekeringskast aan.
Bewegingssensor instellen
Afhankelijk van de vooraf ingestelde waarden van de bewegingssensor
15
gaat de
spot aan gedurende een bepaalde periode, zodra de bewegingssensor
15
een
beweging detecteert. De vooraf ingestelde waarden worden via de drie regelaars
aan de onderkant van de bewegingssensor
15
uitgevoerd (zie afb. I).
