-
9
Instructie
Het apparaat is voorzien van een zitcon-
tactmat. Bij het verlaten van de chauffeurs-
stoel wordt het apparaat na een vertraging
van ca. 1,5 sec. tot stilstand afgeremd en
worden geactiveerde veegfuncties uitge-
schakeld.
Î
Op de chauffeursstoel plaatsnemen.
Î
Rijpedaal NIET gebruiken.
Î
Programmaschakelaar op markering 1
(rijden) zetten.
Î
Sleutelschakelaar op „1“ stellen.
Gevaar
Ongevalgevaar. Indien het apparaat geen
remwerking meer vertoont, moet als volgt
te werk worden gegaan:
– Wanneer het apparaat op een helling
van meer dan 2% bij het loslaten van
het rijpedaal niet tot stilstand komt, mag
om veiligheidsredenen de noodstop-
knop alleen ingedrukt worden, wanneer
de juiste mechanische functie van de
parkeerrem bij iedere inbedrijfname
van de machine van te voren gecontro-
leerd is.
– Het apparaat moet bij het bereiken van
de stilstand (op een effen vlakte) buiten
werking gesteld worden en de klanten-
dienst moet geraadpleegd worden!
– Bijkomend moeten de onderhoudsin-
structies voor remmen in acht genomen
worden.
Î
Nood-stop-knop door draaien ontgren-
delen.
Î
Gaan zitten en sleutelschakelaar op „1“
stellen.
Î
Rechter rijpedaal langzaam indrukken.
Gevaar
Gevaar voor verwonding! Bij het achteruit-
rijden mogen derden niet in gevaar ge-
bracht worden, eventueel aanwijzingen
laten geven.
Î
Linker rijpedaal langzaam indrukken.
Tip
Rijgedrag
– Met de rijpedalen kan de rijsnelheid
traploos geregeld worden.
Î
Rijpedaal loslaten, het apparaat remt
zelf en blijft staan.
Over vaststaande hindernissen tot 50 mm
heen rijden:
Î
Langzaam en voorzichtig in voorwaart-
se richting overheen rijden.
Over vaststaande hindernissen boven 50
mm heen rijden:
Î
Er mag alleen over hindernissen heen
gereden worden met een geschikte op-
rijdrempel.
Bij overbelasting wordt de motor van de
wielaandrijving na een bepaalde tijd uitge-
schakeld. Op het display verschijnt een sto-
ringsmelding. Bij oververhitting van de
besturing wordt het betrokken aggregaat
uitgeschakeld.
Î
Apparaat gedurende minstens 15 minu-
ten laten afkoelen.
Î
Schleutelschakelaar op „0“ draaien,
korte tijd wachten en weer op „1“
draaien.
Gevaar
Gevaar voor verwonding! Bij geopende
grofvuilklep kan de veegwals stenen of split
naar voren wegslingeren. Erop letten, dat
geen mensen, dieren of voorwerpen in ge-
vaar gebracht worden.
몇
Waarschuwing
Geen pakbanden, draden of soortgelijk ma-
teriaal opvegen; dit kan leiden tot een be-
schadiging van het veegmechanisme.
Instructie
Als de machine stil staat, gaan de veegrol
en de zijbezems automatisch uit.
몇
Waarschuwing
Om beschadiging van de grond te vermij-
den, niet de veegmachine op één plaats
gebruiken.
Tip
Om een optimaal reinigingsresultaat te krij-
gen, moet de rijsnelheid aan de omstandig-
heden aangepast worden.
Tip
Tijdens het gebruik moet het veeggoedre-
servoir op gezette tijden geledigd worden.
Instructie
Bij oppervlaktereiniging alleen veegrol la-
ten zakken.
Instructie
Bij reiniging van zijranden ook de zijbe-
zems laten zakken.
Instructie
Na het omschakelen van de program-
maschakelaar van het veegbedrijf naar
stand 1 (rijden), wordt de stoffilter automa-
tisch ca. 15 seconden lang gereinigd. Het
display blijft zolang actief.
Instructie
De veegrol kan op 2 verschillende manie-
ren gebruikt worden. In de basisbedrijfs-
werking treedt er alleen een geringe
slijtage van de veegrol op.
Î
Programmaschakelaar op markering 2
zetten. Veegrol wordt neergelaten.
Instructie
De veegrol kan op 2 verschillende manie-
ren gebruikt worden. In de power-bedrijfs-
soort wordt er een hogere
reinigingscapaciteit behaald.
Î
Programmaschakelaar op markering 2
zetten. Veegrol wordt neergelaten.
Î
Power-toets indrukken. Controlelampje
brandt groen.
Instructie
De power-toets wordt door de volgende
handelingen automatisch teruggezet:
– Nog eens indrukken van de Power-
toets.
– Programmaschakelaar op markering 1
(rijden) zetten.
– Uitschakelen van het apparaat.
Daarbij dooft het controlelampje en wordt
de basisbedrijfssoort geactiveerd.
Instructie
Voor het opvegen van grotere deeltjes tot
een hoogte van 60 mm, bijv. blikjes, moet
de grofvuilklep kort opgeheven worden.
Grofvuilklep opheffen:
Î
Pedaal grofvuilklep naar voren drukken
en vastgedrukt houden.
Î
Voor het legen voet van het pedaal ne-
men.
Tip
Alleen bij volledig naar beneden gelaten
grofvuilklep ist een optimaal reinigingsre-
sultaat te bereiken.
Voor het vegen aan de randen rechts:
Î
Programmaschakelaar op markering 3
zetten. Rechter zijbezem en veegrol
worden neergelaten.
Voor het vegen aan de randen links:
Î
Programmaschakelaar op markering 4
zetten. Linker zijbezem en veegrol wor-
den neergelaten.
Voor het vegen aan de randen links en
rechts:
Î
Programmaschakelaar op markering 5
zetten. Beide zijbezems evenals
veegrol worden neergelaten.
Instructie
Veegrol en zijbezems lopen automatisch
aan.
– Om heel fijn stof op te vegen, kan het
toerental van de zijbezems worden ver-
laagd.
Instructie
Het menupunt “Instelling toerental zijbe-
zem“ wordt alleen dan weergegeven, als
de programmaschakelaar op stand 3, 4 of
5 staat.
Î
Menupunt nr. 3 "Instelling toerental zij-
bezems" door draaien van de Infobut-
ton selecteren. De huidig ingestelde
waarde wordt als balk weergegeven.
Apparaat starten
Apparaat inschakelen
Apparaat verrijden
Vooruit rijden
Achteruit rijden
Remmen
Over hindernissen heen rijden
Overbelasting
Veegbedrijf
Vegen met veegrol (basisbedrijfssoort)
Vegen met veegrol (power-basisbedrijfs-
soort)
Vegen met opgeheven grofvuilklep
Vegen met zijbezems
79
NL
Summary of Contents for KM 120/150 R Bp Pack
Page 2: ...2...
Page 192: ...2 1 5 12 10 10 Karcher 91 157 1 3 4 5 2 1 192 EL...
Page 194: ...4 3 1 2 3 4 5 194 EL...
Page 196: ...6 KM 120 150 R Bp Pack 3 6 2 0 Karcher 10 12 1 KM 120 150 R Bp Pack 2 KM 120 150 R Bp 196 EL...
Page 198: ...8 1 9 1 2 3 4 5 10 1 3 4 5 10 10 4 1 23 h 08 m 3 2 1 4 5 E F 1 2 3 4 5 198 EL...
Page 200: ...10 3 4 5 3 4 5 3 1 11 1 2 12 1 5 1 4 1 3 1 0 15 10 0 13 20 100 2 3 4 5 1 200 EL...
Page 201: ...11 1 0 3 100 K rcher 20 100 200 300 K rcher 0 14 1 5 0 E F 201 EL...
Page 202: ...12 15 1 0 1 0 3 1 0 1 0 16 17 18 19 Power 1 202 EL...
Page 203: ...13 20 20 30 mm 3 21 Power 1 0 1 22 35 40 mm 5 10 mm 2 1 2 mm 23 1 2 3 24 1 2 3 203 EL...
Page 205: ...15 31 0 4 F1 022 4 Not Aus 0 1 0 F1 022 205 EL...
Page 207: ...17 KM 120 150 R Bp 1 F1 Kaercher Kaercher Kaercher F5 Kaercher T F5 Kaercher F8 207 EL...
Page 228: ...2 12 10 1 1 5 12 10 10 K rcher 91 157 EWG 1 3 4 5 2 1 228 RU...
Page 230: ...4 3 1 2 3 4 5 230 RU...
Page 232: ...6 KM 120 150 R Bp Pack 3 6 2 0 Karcher 10 12 232 RU...
Page 234: ...8 0 7 1 0 8 8 1 9 1 2 3 4 5 1 2 3 2 1 4 5 234 RU...
Page 235: ...9 10 1 3 4 5 min max 10 10 4 1 1 1 1 5 1 1 2 1 23 h 08 m 1 2 3 4 5 E F 235 RU...
Page 236: ...10 50 50 15 0 1 15 2 2 2 2 1 60 3 4 5 3 4 5 3 min max 20 100 236 RU...
Page 237: ...11 1 11 1 2 12 1 5 1 4 1 3 1 0 15 10 0 13 1 0 2 3 4 5 1 237 RU...
Page 238: ...12 3 100 K rcher 20 100 200 300 Karcher 0 14 1 5 0 E F 238 RU...
Page 239: ...13 15 1 0 1 0 3 1 0 1 0 16 17 18 19 1 239 RU...
Page 240: ...14 20 20 30 3 21 1 0 1 22 35 40 5 10 2 1 2 23 1 2 3 24 1 2 3 3 4 0 3 240 RU...
Page 243: ...17 KM 120 150 R Bp 1 F1 Kaercher Kaercher Kaercher F5 Kaercher F5 Kaercher F8 243 RU...
Page 263: ......