hand2mind.com
Nestable Bucket Balance
23
Na het wegen en vergelijken van de inhoud van de bakjes, kan
het kind voorzichtig de indicator ‘groter dan', ‘gelijk aan’ of ‘kleiner
dan’ verschuiven.
Aan de slag
Vaardigheid:
Leren communiceren over vergelijkingen
Materialen:
•
Weegschaal met stapelbakjes
•
Objecten uit de klas of uit het huis
(pennen, gummen,
paperclips, scharen, telfi guren, blokjes etc.)
•
Pen en papier
(optioneel)
Laat de kinderen de weegschaal ontdekken door verschillende objecten
te vergelijken. Stel ze tijdens het ontdekken vragen om ze te leren
communiceren over vergelijkingen, zoals: “Met welke objecten is de
weegschaal in balans? “Is het grotere object ook altijd zwaarder?”
Leg vervolgens uit dat het
volume
van een object is hoeveel ruimte
het inneemt en dat de
massa
meestal aangeeft hoeveel materie een
object bevat, en meestal wordt gemeten als het gewicht. Leg uit dat deze
twee begrippen vaak met elkaar in verband staan maar dat een groter
object niet altijd zwaarder is. Laat de kinderen de objecten vergelijken en
vraag ze om op de weegschaal aan te geven of iets ‘groter dan’, ‘gelijk
aan’ of ‘kleiner dan’ is. Oudere kinderen kunnen de resultaten van hun
vergelijkingen opschrijven.
Resultaten
gum < schaar
schaar > beer
Op volgorde van gewicht
Vaardigheid:
Niet-standaard meeteenheden gebruiken om
objecten te wegen.
Materialen:
•
Weegschaal met stapelbakjes
•
Blokjes
(of andere objecten met dezelfde grootte)
•
5 objecten uit de klas of uit het huis
(pennen, gummen,
paperclips, scharen, telfi guren, blokjes etc.)
Oefen met niet-standaard meeteenheden door blokjes te gebruiken
om de 5 verschillende objecten te wegen. Laat de kinderen bijvoorbeeld
ontdekken hoeveel blokjes er nodig zijn om de weegschaal met aan de
andere kant een pen in balans te brengen. “De pen weegt blokjes.”
Vraag de kinderen om de objecten in volgorde van lichtste (minste
blokjes) naar zwaarste (meeste blokjes) te sorteren. Voor een extra
uitdaging kunt u de kinderen vooraf laten inschatten hoeveel blokjes er
nodig zijn om de weegschaal in balans te brengen met de verschillende
objecten. “Hoeveel meer blokjes weegt de schaar dan de pen? Welk
object is het zwaarst? Welke is het lichtst? Welk object is het kleinst?
Welke is het grootst? Is het grootste object ook het zwaarste?”
Wanneer u kleine gewichtjes hebt, kunt u deze oefening nog een keer
doen met gewichtjes in plaats van blokjes. Hierdoor leert het kind
standaard meeteenheden gebruiken.
Is het gelijk?
Vaardigheid:
Erbij en eraf om ‘gelijk aan’ te krijgen.
Materialen:
•
Weegschaal met stapelbakjes
•
Blokjes
(of andere objecten met dezelfde grootte)
•
Pen en papier
93402-93403_Bucket-Balance Guide-FIN.indd 23
10/16/20 10:44 AM