–
17
–
4. Stap 3 herhalen bij de tweede opleggersteun.
De afstand tussen de voet en de ondergrond moet voor beide
steunen hetzelfde zijn. Evt. met onderlegmateriaal compenseren.
5. Trekker via luchtvering
langzaam
laten zakken, tot de trailer op
beide
steunen staat.
Door het te snel laten zakken kunnen de steunen worden
beschadigd.
6. Luchtleidingen en andere verbindingen van de trekker en trailer
scheiden. Opleggerkoppeling openen. Trekker langzaam wegrijden.
Koppelen
1. Trekker voor trailer plaatsen.
Trailerrem sluiten en de wielen blokkeren.
2. Trekker corrigeren naar koppelhoogte.
3. Trekker voorzichtig achteruit rijden en koppelen.
Trailer niet achteruit schuiven als hij op de steunen
staat. De steunen kunnen worden beschadigd.
4. De koppelprocedure is afgesloten, als de vergrendeling van
de opleggerkoppeling is vergrendeld. Controleren!
5. Trekker en trailer heffen. Steun moeten onbelast zijn.
6. Na het ontgrendelen (2) valbuis (3) bij greep (1) optillen
en vergrendelen in de rijstand.
Deze stap herhalen bij de tweede opleggersteun.
7. Luchtleidingen en andere verbindingen aansluiten, rem lossen
en wielblokken verwijderen.
8. Voor het wegrijden de koppelprocedure controleren!
8. ONDERhOuDSAANBEVELINGEN
Onderhoud en reparatie uitsluitend door vakbekwaam personeel!
Voor reparatie alleen originele onderdelen gebruiken.
Aan veiligheidsgerelateerde onderdelen mag niets worden gewijzigd of
aangepast.
Aangebouwde opties mogen de veiligheid niet beïnvloeden.
Geldende voorschriften blijven van kracht.
Na reparaties een werkingscontrole verrichten.
Reiniging
Reiniging van de steunen tijdens voertuigonderhoud.
Onderhouds voorschrift
Inspectie- en onderhoudswerk-
zaamheden
Onderhoudsvoorschrift
Visuele controle van
de opleggersteunen op scheuren
en vervormingen
Bij elk gebruik van
de opleggersteunen. Beschadigde
opleggersteunen vervangen
Minimaal moeten de opleggersteunen in het kader van
de voertuiginspectie door een deskundige worden gecontroleerd, vooral
op stroef bewegen. Eventueel moeten de slijtdelen worden vervangen.
10. AFVOER AAN hET EINDE VAN DE LEVENSDuuR
Apparaat en materialen volgens de milieuregels afvoeren.
NL
