34
NL BE
- voordat u het apparaat controleert,
reinigt of eraan werkt,
- wanneer het netsnoer beschadigd of
verstrikt geraakt is,
- wanneer het apparaat tijdens het
werken op een vreemd voorwerp
gestoten is of wanneer er zich on-
gewone trillingen voordoen. Onder-
zoek in dit geval het apparaat op be-
schadigingen en laat het eventueel
repareren.
• Breng handen en voeten nooit in de
nabijheid van of onder roterende on-
derdelen. Bij cirkelmaaiers mag men
nooit vóór de grasuitwerpopening gaan
staan.
Onderhoud en opslag:
• Let er bij het onderhoud van de snijd-
messen op dat zelfs wanneer de span-
ningsbron uitgeschakeld is de snijdmes-
sen in beweging kunnen komen.
• Zorg ervoor dat alle moeren, bouten
en schroeven vast aangedraaid zijn en
dat het apparaat zich in een veilige toe-
stand voor het werk bevindt.
• Controleer de maaier op eventuele be-
schadigingen.
• Voer de noodzakelijke reparaties van
beschadigde onderdelen door.
• Tracht niet het apparaat zelf te repa-
reren, tenzij u hiervoor opgeleid bent.
Al de werkzaamheden, die niet in deze
handleiding vermeld worden, mogen
uitsluitend door ons gemachtigde klan-
tenserviceafdelingen uitgevoerd wor-
den.
• Bewaar het apparaat op een droge
plaats en buiten het bereik van kinde-
ren.
• Behandel uw apparaat met zorg. Houd
de werktuigen scherp en netjes om be-
ter en veiliger te kunnen werken. Volg
de onderhoudsvoorschriften op.
• Draag beschermende handschoenen
wanneer u de snoei-inrichting wisselt.
• Controleer de grasvanginrichting regel-
matig op slijtage en vervormingen. Ver-
vang omwille van de veiligheid versle-
ten of beschadigde onderdelen. Wees
bij de instelling van de messen uiterst
voorzichtig, opdat uw vingers niet tus-
sen de roterende messen en vaststaan-
de onderdelen van de machine gekneld
worden.
• Controleer, dat er uitsluitend reser-
vesnoeiwerktuigen gebruikt worden, die
door de fabrikant toegestaan zijn.
Elektrische veiligheid:
• Let erop dat de netspanning met de op
het typeaanduidingplaatje vermelde ge-
gevens overeenstemt.
• Sluit het apparaat aan op een stop-
contact met een aardlekschakelaar
(FI-schakelaar) met een gemeten
lekstroom van niet meer dan 30 mA.
• Vermijd lichamelijk contact met geaarde
onderdelen (bijvoorbeeld metalen om-
heiningen, metalen palen).
• Gebruik uitsluitend toegestane net-
snoeren van het type H05RN-F, die
hoogstens 75 m lang en voor het ge-
bruik in de open lucht bestemd zijn. De
draaddwarsdoorsnede van het netsnoer
moet minstens 2,5 mm
2
bedragen. Rol
een kabeltrommel vóór gebruik altijd
helemaal af. Controleer het snoer op
beschadigingen.
• Gebruik om het netsnoer aan te bren-
gen de daarvoor voorziene snoerop-
hanging.
• Houd het netsnoer tijdens het werken
op een veilige afstand tot het snoei-
werktuig. De snoeimessen kunnen het
netsnoer beschadigen en tot contact
met spanningvoerende onderdelen
leiden. Leid het netsnoer in principe
achter de persoon, die het apparaat be-
dient.
Summary of Contents for ERM 1435 G
Page 2: ...2 1 2 3 4 5 6 8 7 9 5 5 3 3 3 10 11 13 14 15 16 17 18 12...
Page 3: ...3 3 1 2 2 2 20 21 19 19 6 22 23 23 20 20...
Page 4: ...4 2 1 6 17 18 16 14 26 25 4 24...
Page 119: ...119 BG 16 dB LWA LWA dB II...
Page 120: ...120 BG...
Page 121: ...121 BG...
Page 122: ...122 BG FI 30 mA H05RN F 75 m 2 5 mm2...
Page 123: ...123 BG 6 2 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 2 11 12 13 14 15 16 17 18 14 3 3...
Page 124: ...124 BG 5 5 3 1 2 3 2 2 12 15 19 6 20 19 21 22 20 20 23 1 4 2 6 24 3 4 6 4 6 4...
Page 126: ...126 BG 1 2 25 26...
Page 128: ...128 BG 24...
Page 129: ...129 BG 18 17 25 25 25 26 26 25...
Page 148: ......