5
3. Ultrasone reiniging
3.1 Het principe van ultrasone reiniging
De onder de vloeistoftank bevestigde transducers
(trilelementen) zetten de elektrische energie
om in mechanische trillingen. De reinigingsvloeistof wordt dan met 35 of 45 kHz (al naar gelang
het apparaat) aan het trillen gebracht. Daarbij ontstaat kavitatie, waarbij kleine vacuümblaasjes
imploderen en daardoor worden uit de diepste poriën verontreinigingen verwijderd. Dit wordt
men ook wel „elektronisch borstelen“ genoemd.
3.2 Waardevolle tips en aanwijzingen
•
Gebruik alleen speciale ultrasoonreinigingsmiddelen (bv. CQ11,CQ33 of CQ55) als
toevoeging. Leidingwater zonder toevoeging reinigt onvoldoende. „Let op de tip ontgassen!“.
•
Warme vloeistoffen verhogen de reinigingswerking en verkorten de reinigingstijd.
•
Verwarm de vloeistof voor op de gewenste temperatuur, voordat de te reinigen objecten in
de vloeistof gaan. Let hierbij op de vulstand van de vloeistof. Bij een te laag vulniveau kan
schade aan de verwarming of het apparaat ontstaan. Om energie en tijd te besparen, kunt u
de ultrasoontank met het deksel afdekken.
•
Bij te hoge temperaturen neemt de ultrasoon reinigingswerking weer af. Uit ondervinding is
gebleken, dat de beste reinigingstemperatuur ca. 50 – 60°C is.
•
Kavitatie verwarmt de vloeistof nog extra. Door langer trillen en/of door afdekken van de
tank kan de temperatuur van de vloeistof ook boven de ingestelde waarde van de
thermostaat uitstijgen.
•
Desinfecteervloeistoffen mogen niet aanvullend verwarmd worden.
•
Let ook op, dat tijdens de reiniging het vloeistofniveau niet onder de minimale stand komt
(verdamping). Bij het aanvullen alleen goed gemengde vloeistof gebruiken.
•
Sterk verontreinigde delen mechanisch voorreinigen en met de meest verontreinigde zijde
naar onder in de tank leggen. Niet stapelen.
•
In holle ruimtes mogen geen luchtbellen voorkomen.
3.3 Reinigingssoorten
1. Directe reiniging in de ultrasoontank
2. Indirecte reiniging in afgesloten inzetbekers
3.3.1 Directe reiniging
De meest voorkomende manier van reinigen vind direct in de ultrasoontank met ultrasone
reinigingsvloeistof plaats. Hierbij wordt het object in een korf of objectenhouder in deze vloeistof
gebracht. Let er daarbij op, dat het object volledig met vloeistof bedekt is. Niet bedekte delen
worden niet gereinigd. Accessoires of objecten mogen de tankbodem niet raken. Stop kleine
objecten in een zeefmandje in de korf.
3.3.2 Indirecte reiniging
Indirecte reiniging in een afgesloten inzetbeker vindt plaats bij:
-
Gebruik van agressieve chemicaliën (bv. Zuren) of brandbare reinigingsvloeistoffen (bv.
benzine).
-
Verwijdering van agressieve chemische verontreiniging.
-
Verwijdering van schurende verontreiniging (bv. polijstpasta, kwarts, zand).
-
Gelijktijdig gebruik van verschillende reinigingsvloeistoffen.