Service Client FAVEX : 09.69.36.56.60
15
of huisdieren in de buurt zijn.
8.
H
et toestel bereikt hoge temperaturen wanneer het in gebruik is.
H
et toestel blijft
ook na het uitschakelen nog enige tijd warm. U loopt dus een mogelijk risico als u
het toestel tijdens deze periode aanraakt.
9. Plaats het toestel
niet
in de buurt van gordijnen of andere brandbare stoffen. Er
kan in dat geval brandgevaar zijn.
10. Bedek het toestel
niet
wanneer het in gebruik is of vlak na het uitschakelen.
11. Wikkel de stroomkabel
niet
rond de elektrische verwarming.
12.
V
erplaats het toestel met de nodige voorzichtigheid: vermijd schudden en
schokken.
13.
I
ndien het toestel beschadigd is, dient een deskundige het te herstellen.
14.
I
ndien de stroomkabel beschadigd is, dient een erkende instantie of bekwaam
persoon de kabel te vervangen om risico's te vermijden.
15.
D
it toestel dient enkel voor huishoudelijk gebruik.
16.
H
et is niet aangeraden het toestel te gebruiken op een bouwwerf, waar talrijke
ontvlambare voorwerpen aanwezig zijn.
17.
H
et toestel bereikt hoge temperaturen wanneer het in gebruik is.
S
chakel het
toestel uit en wacht totdat het afgekoeld is, voordat u het reinigt.
18. Gebruik het toestel
niet
wanneer er gevaarlijke gassen in de lucht aanwezig
zijn.
19. Gebruik het toestel
niet
om handdoeken of kledij te drogen.
20. Gebruik het toestel
niet
als sauna.
21. Dompel het toestel
niet
onder tijdens het reinigen.
22.
V
erbind het toestel met een stopcontact dat goed toegankelijk en zichtbaar is.
23.
H
et is mogelijk dat er tijdens de eerste minuten na het inschakelen een of twee
zwarte punten verschijnen op het oppervlak van het verwarmingselement. Dit is
normaal en heeft geen invloed op de prestaties van het toestel.
24.
H
et toestel is uitgerust met een hellingschakelaar als extra beveiliging, indien het
toestel omvalt.
25.
OPGELET
:
Dit toestel is niet uitgerust met een controlesysteem voor de
buitentemperatuur.
26.
P
laats het toestel nooit rechtstreeks boven of onder een stopcontact.
27.
D
e aanduidingen voor de verschillende standen dienen vanop een meter afstand
zichtbaar te zijn.
28.
D
e aanduiding in verband met het bedekken van het toestel dient na installatie
van de verwarmde parasol zichtbaar te zijn. De aanduiding mag zich niet aan de
achterkant van de parasol bevinden.
29.
P
laats het toestel op minstens 100 cm van de muur.
30.
I
nstalleer het toestel in overeenkomst met de installatie-instructies.
31.
M
onteer het toestel weg van alle warmtebronnen en ontvlambare stoffen.
32.
Z
org dat een volwassene het toestel bewaakt, indien een kind het toestel
gebruikt.
NL