Gaskoker
NL
29
■
Gebruik het apparaat alleen in goed ge-
ventileerde ruimtes, waarbij de nationale
eisen aan de toevoer van verbrandings-
lucht gelden, om bij apparaten zonder
vlambewakingsinrichting de ophoping
van gevaarlijke hoeveelheden onver-
brand gas te vermijden. Wanneer niet
wordt voldaan aan de nationale eisen,
mag het apparaat alleen in de open
lucht worden gebruikt.
■
Gebruik alleen de in deze gebruiks-
aanwijzing vermelde soorten gas en
gaspatronen (zie hoofdstuk ‘Technische
gegevens’).
■
Gebruik het apparaat alleen boven het
grondoppervlak (d.w.z. niet in kuilen
onder het grondniveau).
■
Gebruik het apparaat niet in tenten of
in / op een voertuig. Dit betreft ook
campers, caravans en boten.
■
Schakel bij gebruik in huis de wasemkap
in en open ramen en / of deuren.
■
Gebruik het apparaat niet wanneer in de
lucht resp. omgeving licht ontvlambare
of explosieve substanties aanwezig zijn.
Bewaar geen brandstof of andere ont-
vlambare dampen of vloeistoffen in de
buurt van het apparaat en gebruik zulke
stoffen niet met dit apparaat. Spuit niet
met sprays in de buurt van het apparaat.
■
Gebruik geen apparaat met beschadigde
of versleten afdichtingen.
■
Gebruik geen apparaat dat lekken
vertoont, beschadigd is of niet correct
functioneert.
■
Gebruik het apparaat op een horizontaal
oppervlak, waar het onbelemmerd kan
werken (vrij van droog gras, zand etc.).
■
Dit apparaat moet op een veilige
afstand van ontvlambare stoffen
worden ingezet.
Er bestaat gevaar
voor brand en smeulbrand. De volgende
minimale afstanden tot brandbare ma-
terialen moeten worden aangehouden:
1 m boven en 20 cm zijdelings van het
apparaat. De afstand tot moeilijk ont-
vlambare materialen, bijv. huiswanden,
moet minstens 20 cm bedragen.
■
Controleer of de afdichtingen (tussen
apparaat en gaspatroon) voorhanden
zijn en in goede toestand verkeren alvo-
rens de gaspatroon aan te sluiten.
■
Gaspatronen mogen alleen op een
goed geventileerde plek, bij voorkeur
in de open lucht, en op grote afstand
van alle mogelijke ontstekingsbronnen
zoals open vlammen, ontstekingsvlam-
men, elektrische kooktoestellen en uit
de buurt van andere personen worden
vervangen.
■
Zet nooit twee gaskokers naast elkaar.
■
Sluit de ventilatieopeningen van het ap-
paraat nooit af en zorg ervoor dat deze
altijd vrij zijn.
■
Laat het apparaat nooit zonder toezicht,
zolang het in werking is.
Mocht de
vlam uitgaan, dan moet deze me-
teen weer worden aangestoken of
de gaspatroon moet van het appa-
raat worden gescheiden!
■
Wanneer er gas uit het apparaat ont-
snapt (gasgeur), breng het apparaat
dan meteen naar buiten naar een plek
met een goede luchtcirculatie en zonder
ontstekingsbron, waar u het lek kunt
zoeken en verhelpen. Controleer de
dichtheid van het apparaat alleen in de
open lucht.
Zoek een lek nooit met
een vlam, maar gebruik hiervoor
zeepsop!
■
Wanneer de drukgevoelige veiligheids-
inrichting reageert, betekent dit dat een
kritisch drukniveau in de patroon is be-
reikt en het apparaat niet gebruikt mag
worden totdat het volledig is afgekoeld.
De drukgevoelige veiligheidsinrichting
mag niet genegeerd worden.
■
Zorg ervoor dat levensmiddelen die rijk
zijn aan olie en vet niet oververhit wor-
den. Zet geen met olie gevulde contai-
ners op het apparaat.
