Plaats uw caravan of aanhanger op een comfortabele
werkhoogte. Bij voorkeur hiervoor een hefbrug op
smeerput gebruiken. Indien u een autokrik gebruikt,
zorg er dan voor dat de caravan of aanhanger gezekerd
is met daarvoor geschikte wielkeggen.
5. Installatie mechanica
NL4
ATTENTIE!
De lengte van de verbindingsstang dient aan het
voertuig aangepast te worden conform de onder Afb.
8.1 en 9.1 aangegeven inbouwmaten.
Indien de meegeleverde verbindingsstang niet
tenminste 300mm in de vierkante buis van het
montageframe valt, dient u beslist een langere
verbindingsstang te gebruiken. Een optimaal
functioneren kan anders niet gegarandeerd worden.
Is de meegeleverde verbindingsstang te lang, dan dient
u deze overeenkomstig in te korten.
Neem alle delen uit de verpakking en spreid deze
overzichtelijk op de vloer uit.
Werken onder het voertuig zonder stut-
o f b e v e i l i g i n g s m a a t r e g e l e n i s
levensgevaarlijk!
M4 Uitlijnen Afb. 8.1 tot 8.3 en 9.2
M3 Montage verbindingsstang Afb. 7.1 + 7.2
Bepaal het exacte middelpunt van de verbindingsstang
en markeer deze.
Schuif de verbindingsstang in de vierkante buis van de
reeds gemonteerde aandrijfunit.
Schuif de andere aandrijfunit nu over het andere eind
van de verbindingsstang en bevestig deze eveneens
aan het voertuigframe d.m.v. de klemplaten. De
schroeven nu ook weer „handvast“ aandraaien.
Lijn de verbindingsstang in het midden uit en draai de
klemschroeven handvast aan.
M5 Vastzetten van de verbindingsstang Afb. 7.2
Draai de schroeven met 30 Nm. aan om de
verbindingsstang te fixeren en zeker deze met de
borgmoeren.
Let daarbij op dat het hiervoor gemarkeerde midden
van de verbindingsstang zich nog altijd in het midden
van de caravan of aanhanger bevindt.
M2 Montageframe en klemplaten Afb. 4.1 tot 4.4
Bevestig allereerst de linker of rechter aandrijfunit aan
het chassis door middel van (twee) beugels, alsmede
een hoek-montageplaat en een klemprofiel-bovendeel
(Afb. 4.4). De hoek-montageplaat plaatst u onder het
chassisframe, zodat deze geklemd wordt tussen
montageplaat en klemprofiel-bovendeel. Draai de
schroeven „handvast“ aan.
Plaats de aandrijfunit aan het chassis zoals te zien op
Afb. 4.2. De afstand vanaf het midden van het
montageframe tot aan het wiel bedraagt ca. 200mm.
M1 Bepaling inbouwpositie afb. 8.1
Bepaal de ideale inbouwpositie voor of achter de as.
Let daarbij op:
de afstand tussen voertuigbodem en chassis-
onderkant (min. 50mm!)
chassis-onderkant en vloer (aanbevolen
bodemvrijheid min. 120mm)
eventueel aan de aanhanger gemonteerde delen, bijv.
afvalwaterbuis, reservewiel, etc.
Lijn beide zijden van het rangeersysteem zo uit, dat de
noodzakelijke inbouwmaten overeenkomstig
afbeeldingen 8.1 tot 8.3 en 9.2 nagekomen worden. In
afgekoppelde toestand moet de afstand tussen
aandrijfrollen en banden ca. 15 – 20mm bedragen. Als
hulpmiddel kunt het houtblokje in het midden van de
band plaatsen (Afb. 9.2).
Voor het instellen van de afstand moet het
wiel volledig belast worden. D.w.z. dat de
caravan volledig op de vlakke grond moet
staan.
Er mogen uitsluitend schroeven gebruikt
worden die minimaal voldoen aan sterkte-
klasse 8.8.
Nederlands