109
- Draag altijd
veiligheidsschoenen of -laarzen
(G) met stalen neuzen,
antislipzolen en beenbeschermers tijdens het werken met de doorslijpmachine.
Veiligheidsschoenen die zijn voorzien van een beschermende laag bieden
bescherming tegen sneden en zorgen ervoor dat u stevig staat.
- Draag altijd een
werkpak
(H) van stevig materiaal.
Brandstof en bijvullen
- Ga naar een veilige, horizontale plaats om brandstof bij te vullen.
Vul nooit
brandstof bij op een steiger, op een berg materiaal of op soortgelijke
plaatsen!
- Schakel de motor uit voordat u brandstof bijvult in de doorslijpmachine.
- Niet roken of werken in de buurt van open vuur (6).
- Laat de motor afkoelen voordat u brandstof bijvult.
- Brandstoffen kunnen stoffen bevatten die soortgelijk zijn aan oplosmiddelen.
Uw ogen en huid mogen niet in aanraking komen met minerale-olieproducten.
Draag altijd veiligheidshandschoenen tijdens het bijvullen van de brandstof (dus
niet de normale werkhandschoenen!). Verschoon en was beschermende kleding
veelvuldig. Adem geen brandstofdampen in. Het inademen van brandstofdampen
kan schadelijk zijn voor uw gezondheid.
- Mors geen brandstof. Als brandstof is gemorst, reinigt u de doorslijpmachine
onmiddellijk. Brandstof mag niet op kleding komen. Als uw kleding in aanraking is
gekomen met brandstof, trekt u direct schone kleding aan.
- Zorg ervoor dat brandstof niet in de grond komt (milieuverontreiniging). Werk op
een geschikte ondergrond.
- Brandstof bijvullen is niet toegestaan in gesloten vertrekken. Brandstofdampen
verzamelen zich vlak boven de vloer (explosiegevaar).
- Verzeker u ervan dat de vuldop stevig op de brandstoftank is gedraaid.
- Voordat u de motor start, verplaatst u de doorslijpmachine naar een plaats ten
minste 3 meter verwijderd van de plaats waar u de brandstof hebt bijgevuld (7),
maar niet binnen het werpgebied van de doorslijpschijf (in de richting van de
vonken).
- Brandstof kan niet gedurende een onbeperkte tijd worden bewaard. Koop niet
meer brandstof dan u in de nabije toekomst nodig zult hebben.
-
Gebruik uitsluitend goedgekeurde en gemerkte flessen of jerrycans om brandstof
in te bewaren en te vervoeren.
-
Houdt brandstof buiten bereik van kinderen!
In gebruik nemen
-
Werk niet alleen. Er moet iemand in de buurt zijn in geval van nood (binnen
gehoorafstand).
- Houd u aan alle regels met betrekking tot geluidsoverlast wanneer u in een
woonwijk werkt.
-
Gebruik de doorslijpmachine nooit in de buurt van brandbare materialen of
explosieve gassen! De doorslijpmachine kan vonken produceren die brand
of een explosie kunnen veroorzaken!
- Zorg ervoor dat iedereen binnen een straal van 30 meter, zoals andere
werknemers, een veiligheidsuitrusting dragen (zie “Veiligheidsuitrusting”) (8).
Kinderen en andere onbevoegde personen moeten meer dan 30 meter uit de
buurt van de werkplek blijven. Let ook op eventuele dieren in het werkgebied (9).
-
Alvorens met de werkzaamheden te beginnen moet de doorslijpmachine
worden gecontroleerd op een perfecte werking en bedrijfsveiligheid
overeenkomstig de voorschriften.
Controleer met name of de doorslijpmachine in goede staat verkeert
(vervang gescheurde, beschadigde of gebogen onderdelen onmiddellijk),
de doorslijpmachine goed bevestigd is, de beschermkap vergrendeld is, de
handbescherming goed bevestigd is, de aandrijfriem goed gespannen is, de
gashendel gemakkelijk te bedienen is, de handgrepen door en schoon zijn, en de
combinatieschakelaar goed functioneert.
- Start de doorslijpmachine alleen nadat deze volledig in elkaar gezet en
gecontroleerd is. Gebruik de doorslijpmachine nooit als deze niet volledig in
elkaar gezet is.
5
6
7
8
9
3 meter
= draag veiligheidsuitrusting
30 m