Nederlands
56
CZ102E/CZ102ER/CZ102EG/CZ102EA
D r u k o p d e [
SRC
/
] to e ts o p h e t
bedieningspaneel en selecteer “
AUX
”.
AUX is de stand voor audiosignalen die
binnenkomen via de 3,5mm aansluiting op
het voorpaneel.
AUX ingangsgevoeligheidsinstelling
1. Houd de
[ DISP ]
toets ingedrukt (1 sec.).
2. Draai aan de [
VOLUME
] knop en selecteer
“
AUX SENS
”.
3. Als het uitgangsniveau van de aangesloten
externe audiospeler
“HIGH”
(Hoog) is,
dient u de [
VOLUME
] knop te verdraaien
en ”
LOW
”(Lage) te kiezen. Als het
uitgangsniveau laag is ”
LOW
”(Lage), dient
u
“HIGH”
(Hoog)
te kiezen.
AUX bediening
6. OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
ALGEMEEN
Probleem
Oorzaak
Maatregel
Het toestel gaat
niet aan.
De zekering van het toestel is
doorgebrand.
Vervang door een nieuwe zekering met het
correcte vermogen.
De zekering van de accu van het
voertuig is doorgebrand.
Vervang door een nieuwe zekering met het
correcte vermogen.
Het toestel gaat
niet aan.
Er gebeurt niets
wanneer u op de
toetsen drukt.
De aanduidingen
op het display
zijn niet correct.
De microprocessor functioneert
niet naar behoren vanwege ruis,
storing enz.
Schakel de stroom uit en verwijder het DCP.
Druk het [
RESET
] knopje met een dun
voorwerp in.
Opmerking:
Schakel de ACC stroomvoorziening
uit wanneer het [
RESET
] knopje wordt
ingedrukt.*
* Wanneer de [
RESET
] toets wordt
ingedrukt, blijven de frequenties van
radiozenders, audio-instellingen en andere
gegevens in het geheugen bewaard.
Geen/zachte
geluidsweergave.
Incorrecte audio-
uitgangsaansluitingen.
Controleer de bedrading en corrigeer indien
nodig.
Volume te laag ingesteld.
Verhoog het volume.
De luidsprekers zijn beschadigd. Vervang de luidsprekers.
De balans is teveel naar één
kant ingesteld.
Corrigeer de balans.
De luidsprekerbedrading
maakt contact met een metalen
onderdeel van de auto.
Isoleer alle bedrading en aansluitingen van
de luidsprekers.
Slechte
geluidskwaliteit
of vervormde
weergave.
Er wordt een ongeschikte disc
gebruikt.
Gebruik een standaard disc.
Het vermogen van de
luidsprekers komt niet overeen
met dat van dit toestel.
Vervang de luidsprekers.
Verkeerde aansluitingen.
Controleer de bedrading en corrigeer indien
nodig.
Kortsluiting in de
luidsprekerbedrading.
Controleer de bedrading en corrigeer indien
nodig.
Storing in de
telefoondemping.
De MUTE-draad maakt contact
met aarde.
Controleer de MUTE-bedrading en corrigeer
indien nodig.
Het toestel reset
vanzelf wanneer
de motor uit is.
Incorrecte verbinding tussen
ACC en de accu.
Controleer de bedrading en corrigeer indien
nodig.