30
31
het kind gemakkelijker op de zitting te plaatsen (fig. 8A).
LET OP:
Gebruik de bumper bar nooit om het product met
het kind erin op te tillen.
GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS
De wandelwagen is uitgerust met een veiligheidssysteem met
vijf verankeringspunten bestaande uit twee schouderbanden,
twee afstelknoopsgaten, een buikgordel en een tussenbeen-
stuk met gesp.
9.
LET OP:
Om ze te gebruiken voor kinderen vanaf de ge-
boorte tot ongeveer 6 maanden moeten de schouderban-
den worden gebruikt door ze eerst door de twee afstellus-
sen te halen (fig. 9).
10. Zet het kind in de wandelwagen, doe hem de veiligheids-
gordels om (afb. 10) en steek eerst de twee gesptongen
(A) door de gesp van de schouderbanden (B) en dan in de
gesp van het tussenbeenstuk (C); regel de hoogte van de
schouderriemen zodanig dat ze op de schouders van het
kind rusten (fig.11).
Zorg ervoor dat de gordels altijd correct zijn vastgemaakt.
Druk op de zijtongen en trek eraan, om de gordel los te maken.
LET OP:
om de veiligheid van uw kind te garanderen moeten
de veiligheidsgordels altijd worden gebruikt.
LET OP:
Als u de stof verwijdert (om ze bijvoorbeeld te was-
sen), let u er goed op dat u de buikgordel correct monteert en
hem door de speciale openingen in de stof laat lopen.
De gordels moeten opnieuw afgesteld worden.
Om te controleren of de gordels goed zijn bevestigd, trekt u
hard aan het uiteinde van de gordels als het kind in het stoeltje
zit en is vastgezet.
DE RUGLEUNING AFSTELLEN
De inclinatie van de rugleuning kan afgesteld worden met een
regelmechanisme met een riem.
11. Om de rugleuning laag te zetten gebruikt u het regelsys-
teem achteraan, druk op de twee knoppen van de klem
(fig.12) en stel de positie af tot u de gewenste stand heeft.
Omgekeerd, om de rugleuning hoog te zetten drukt u op de
twee laterale knoppen van de klem en trekt u aan het lint tot u
de gewenste stand heeft.
LET OP:
Met het gewicht van het kind kunnen deze handelin-
gen moeilijker zijn.
ACHTERSTE REMMEN
De achterwielen zijn uitgerust met dubbele remmen, waar-
door met de steunbuis tegelijkertijd op beide achterwielen
wordt geremd.
12. Duw een van de twee pedalen naast de achterwielen om-
laag om het remsysteem van de wandelwagen te blokke-
ren (fig.13).
13. Duw een van de twee pedalen naast de achterwielen om-
hoog om het remsysteem te deblokkeren (fig.14).
ZWENKWIELEN
14. Om de voorwielen vrij te laten draaien moet u de hendel
tussen de twee wielen omlaag duwen.
Gebruik de vrije wielen op glad terrein.
Om de wielen te vergrendelen, zet u de hendel weer op de
hoge stand (fig. 15).
LET OP:
Met de zwenkwielen is de wandelwagen beter be-
stuurbaar; op hobbelig terrein is het aangeraden de wielen
vergrendeld te gebruiken om soepeler te rijden (grind, zand-
weg, etc.).
• Verzeker u ervan dat de gebruikers
van de wandelwagen goed weten
hoe hij werkt.
• Dit product mag uitsluitend door
een volwassene worden gebruikt.
• Het product mag uitsluitend door
een volwassene worden gemon-
teerd.
• Om gevaar voor wurging te voorko-
men mag u het kind geen voorwerpen
met touwen geven of ze binnen het
bereik van het kind laten liggen.
• Gebruik de wandelwagen niet op
trappen of roltrappen: u zou de con-
trole erover onverwachts kunnen
verliezen.
• Kijk goed uit als u een trede of de
stoep op- of afgaat.
• Als u de wandelwagen gedurende
lange tijd in de zon laat staan, wacht
dan tot hij afgekoeld is voordat u
het kind erin zet. Door lang in de
zon te staan kunnen de materialen
en stoffen van kleur veranderen.
• Zorg ervoor dat de wandelwagen
niet in aanraking komt met zilt wa-
ter om roestvorming te voorkomen.
• Gebruik de wandelwagen niet op
het strand.
• Als de wandelwagen niet wordt
gebruikt, dient hij buiten het bereik
van kinderen te worden gehouden.
TIPS VOOR HET REINIGEN EN HET ONDERHOUD
Dit artikel heeft geregeld onderhoud nodig.
Reinigings- en onderhoudswerkzaamheden mogen alleen
door een volwassene worden verricht.
REINIGEN
De bekleding kan van de wandelwagen verwijderd wor-
den (zie paragraaf DE BEKLEDING VAN DE WANDELWAGEN
NEMEN EN AANBRENGEN).
Reinig de stoffen delen met een vochtige spons en een
neutraal wasmiddel.
Reinig de kunststof delen regelmatig met een vochtige doek.
Na eventuele aanraking met water moeten de metalen de-
len afgedroogd worden om roestvorming te voorkomen.
Hieronder worden de wassymbolen met hun betekenis
weergegeven:
Met koud water met de hand wassen
Niet bleken
Niet in de droogtrommel drogen
Niet strijken
Niet chemisch laten reinigen
ONDERHOUD
Smeer de bewegende delen indien nodig met droge silico-
nenolie.
Controleer periodiek de slijtagestaat van de wielen en houd ze
vrij van stof en zand. Verzeker u ervan dat de kunststof delen,
die over de metalen buizen lopen, vrij zijn van stof, vuil en zand
om wrijving te voorkomen, die de goede werking van de wan-
delwagen kan schaden.
Berg de wandelwagen op een droge plaats op.
ALGEMENE INSTRUCTIES
UITKLAPPEN VAN DE WANDELWAGEN
LET OP:
Let er bij deze handeling op dat het kind of andere
kinderen zich op een veilige afstand bevinden.
LET OP:
Verzeker u er tijdens deze fase van dat de bewegende
delen van de wandelwagen niet in aanraking komen met het
lichaam van het kind.
1. Duw de schuifknop A naar links en druk tegelijkertijd op de
knop B (fig. 1). Trek de handgreep omhoog zodat de wandel-
wagen opengaat tot u de blokkeerklik hoort (fig. 2).
LET OP:
Verzeker u er voor gebruik van dat de wandelwagen
op de open stand vergrendeld is, door te controleren of het
mechanisme inderdaad geblokkeerd is.
DE VOORWIELEN MONTEREN
2. Activeer de voorwielvergrendeling op de wandelwagen tot
hij geblokkeerd is (fig.3).
Herhaal deze handeling op de andere wielblokkering.
LET OP:
Verzeker u er voor het gebruik van dat de wielver-
grendelingen goed zijn vastgezet.
DE ACHTERWIELEN MONTEREN
3. Steek de achteras in de voorziene behuizingen in het frame
totdat u de dubbele bevestigingsklik hoort (fig. 4).
LET OP:
Verzeker u er voor het gebruik van dat de achteras
goed is bevestigd.
BOODSCHAPPENMAND
4. Om de boodschappenmand te bevestigen duwt u de band-
jes met de drukknop vast (fig. 5).
5. Maak de onderste bandjes van de mand vast aan de “U”-buis
(fig. 6) en bevestig ze met het velcro.
BUMPER BAR
6. Om de bumper bar te bevestigen duwt u hem van boven op
de twee pinnen op de uiteinden van de armleuningen tot u de
bevestigingsklik hoort (fig. 7).
7. Om de bumper bar te verwijderen drukt u op de twee knop-
pen op de buitenkant en trekt u hem omhoog (fig. 8)
8. De bumper bar kan ook aan een zijde geopend worden om
Summary of Contents for OHLaLa
Page 2: ...2 ...
Page 3: ...3 A B C CLICK CLICK B 5 6 8 4 7 1 2 3 8A 9 10 11 ...
Page 4: ...4 23 13 16 18 20 14 12 15 17 19 21 22 ...
Page 5: ...5 27 24 25 26 28 29 30 ...
Page 70: ...70 NOTE ...
Page 71: ......