Nederlands |
67
schap onder spanning zetten en tot een elektrische schok
leiden.
In- en uitschakelen
Schuif voor de
ingebruikname
van het elektrische gereed-
schap de aan/uit-schakelaar
(2)
naar voren.
Voor het
vastzetten
van de aan/uit-schakelaar
(2)
duwt u de
aan/uit-schakelaar
(2)
aan de voorkant omlaag tot deze vast-
klikt.
Om het elektrische gereedschap
uit te schakelen
laat u de
aan/uit-schakelaar
(2)
los of wanneer deze vergrendeld is,
duwt u de aan/uit-schakelaar
(2)
kort achter omlaag en laat
deze dan los.
u
Controleer de slijpgereedschappen vóór gebruik. Het
slijpgereedschap moet correct gemonteerd zijn en vrij
kunnen draaien. Laat dit ten minste 1 minuut zonder
belasting proefdraaien. Gebruik geen beschadigde,
onronde of trillende slijpgereedschappen.
Beschadig-
de slijpgereedschappen kunnen barsten en verwondingen
veroorzaken.
Nulspanningsbeveiliging
De nulspanningsbeveiliging voorkomt ongecontroleerd star-
ten van het elektrische gereedschap na een onderbreking
van de stroomtoevoer.
Voor de
hernieuwde ingebruikname
zet u de aan/uit-scha-
kelaar
(2)
in de uitgeschakelde stand en schakelt u het elek-
trische gereedschap opnieuw in.
Toerentalinstelling (GWS 9-115 S | GWS 9-125 S)
Met het stelwiel toerentalinstelling
(3)
kunt u het noodzake-
lijke toerental ook tijdens gebruik instellen. De gegevens in
de volgende tabel zijn geadviseerde waarden.
u
De nominale snelheid van het accessoire moet ten
minste gelijk zijn aan de maximale snelheid die op het
elektrische gereedschap staat vermeld.
Accessoires
die sneller draaien dan hun nominale snelheid, kunnen
breken en uit elkaar springen.
Materiaal
Toepassing
Inzetgereedschap
Positie stelwiel
Metaal
Verf verwijderen
Schuurblad
2–3
Metaal
Borstelen, ontroesten
Komstaalborstel, schuurblad
3
Metaal, steen Slijpen
Slijpschijf
4–6
Metaal
Afbraamwerkzaamheden
Slijpschijf
6
Metaal
Doorslijpen
Doorslijpschijf
6
De aangegeven waarden van de toerentalstanden zijn richtwaarden.
Aanwijzingen voor werkzaamheden
u
Trek vóór werkzaamheden aan het elektrische gereed-
schap altijd de stekker uit het stopcontact.
u
Voorzichtig bij het maken van sleuven in dragende
muren, zie gedeelte „Aanwijzingen m.b.t. statica“.
u
Klem het werkstuk vast, wanneer dit niet door het ei-
gen gewicht veilig ligt.
u
Belast het elektrische gereedschap niet zo sterk dat
het tot stilstand komt.
u
Laat het elektrische gereedschap na sterke belasting
nog enkele minuten onbelast lopen, om het inzetge-
reedschap af te koelen.
u
Gebruik het elektrische gereedschap niet met een
doorslijpstandaard.
u
Raak de (door)slijpschijven niet aan, voordat ze afge-
koeld zijn.
De schijven worden bij het werken erg heet.
Afbraamwerkzaamheden
u
Gebruik nooit doorslijpschijven voor afbraamwerk-
zaamheden.
Met een aanzethoek van 30° tot 40° krijgt u bij afbraamwerk-
zaamheden het beste resultaat. Beweeg het elektrische ge-
reedschap met matige druk heen en weer. Daardoor wordt
het werkstuk niet te heet, verkleurt het niet en zijn er geen
groeven.
Lamellenschuurschijf
Met de lamellenschuurschijf (accessoire) kunt u ook gebo-
gen oppervlakken en profielen bewerken. Lamellenschuur-
schijven hebben een aanzienlijk langere levensduur, geringer
geluidsniveau en lagere slijptemperaturen dan gewone slijp-
schijven.
Metaal doorslijpen
u
Gebruik bij het doorslijpen met gebonden slijpmidde-
len altijd de beschermkap voor doorslijpen
(14)
.
Werk bij het doorslijpen met matige, aan het te bewerken
materiaal aangepaste voorwaartse beweging. Oefen geen
druk op de doorslijpschijf uit, kantel of oscilleer niet.
Rem uitlopende doorslijpschijven niet af door zijdelingse te-
gendruk uit te oefenen.
Het elektrische gereed-
schap moet altijd in tegen-
loop worden geleid. Anders
bestaat het gevaar dat het
ongecontroleerd
uit de
groef wordt gedrukt. Bij het
doorslijpen van profielen en
vierkantbuizen zet u het
beste bij de kleinste door-
snede aan.
Bosch Power Tools
1 609 92A 56A | (12.02.2021)