NL
FR
D
EN
15
V) Stap één: wis de bestaande configuratie
1) Druk toets 2 in en houd deze ingedrukt
2) Het symbool [ - ] zal op elk display verschijnen
3) Druk met uw andere hand achtereenvolgend en kort (minder dan 2 sec) op elke aanduiding
[ - ]. Begin rechtsvoor en draai tegen de richting van de klok in, zoals aangegeven in de af-
beelding (a t/m d), (Een dubbele “piep” duidt op een fout. Begin in dat geval opnieuw bij 1).
4) Haal uw vingers van de tiptoetsen en druk opnieuw een paar seconden op toets 1 totdat het
symbool [ E ] begint te knipperen.
5) Wacht totdat [ E ] stopt met knipperen.
6) Na een paar seconden verandert [ E ] automatisch in [ C ]. De bestaande instelling is gewist.
VI) Stap twee: nieuwe instelling
1) Neem een magnetische pan met een minimumdiameter van 16 cm
2) Kies een kookzone door op de betreffende aanduiding [ C ] te drukken
3) Plaats de pan op de in te stellen zone
4) Wacht totdat de [ C ] verandert in een [ - ]. De geselecteerde kookzone is nu geconfigureerd.
5) Voer dezelfde stappen uit voor elke kookzone met een [ C ].
6) Alle kookzones zijn geconfigureerd zodra alle displays zijn uitgeschakeld. Gebruik voor de
gehele procedure dezelfde pan. Plaats tijdens de instellingsprocedure nooit verschillende
pannen gelijktijdig op de diverse kookzones.
• Als de melding [ E 4 ] niet verdwijnt, neem dan contact op de klantenservice
De kookplaat of kookzone werkt niet:
• De kookplaat is misschien verkeerd op het
elektriciteitsnet aangesloten. Controleer de
aansluiting.
• De veiligheidszekering kan de stroom hebben
afgesloten. Controleer de zekering.
• Het bedieningspaneel kan zijn vergrendeld.
Ontgrendel de bediening.
• Op de tiptoetsen kan zich water of vet bevin-
den. Reinig de tiptoetsen.
• Er ligt een voorwerp op een toets. Verwijder
het voorwerp.
Het bedieningspaneel toont [ U ] :
• Er staat geen pan op de kookzone.
• De pan is niet geschikt voor inductie.
• De bodemdiameter van de pan is te klein.
Het bedieningspaneel toont [ C ] of [ E ]:
• Bel de aftersales-service.
Één of alle kookzones zijn uitgeschakeld:
• Het veiligheidssysteem is geactiveerd.
• U bent lange tijd vergeten om de kookzone
uit te schakelen.
• Één of meer tiptoetsen zijn bedekt.
• De pan is leeg en de bodem is oververhit.
• De kookplaat beschikt over een automati-
sche vermogensreductie en automatische
uitschakeling bij oververhitting.
De ventilator blijft draaien nadat de kookplaat
is uitgeschakeld:
• Dit is geen defect, de ventilator blijft draaien
ter bescherming van het elektronische ap-
paraat.
• De ventilator stopt automatisch.
Het automatische kooksysteem werkt niet:
• De kookzone is nog warm [ H ].
• De hoogste vermogensstand is ingesteld [ 9 ].