150
HOE INSTALLEERT U UW WIJNKAST?
RUIMTE
Zoek een geschikte plaats uit voor de wijnkast: ver van een warmtebron, beschut tegen zonneschijn en niet
blootgesteld aan lage temperaturen. Op die manier zult u de beste werkingsomstandigheden tegen het
laagste energieverbruik verkrijgen.
Vergewis u er ook van dat het oppervlak waarop de kast geïnstalleerd zal worden, effen en sterk is
(gewicht van het apparaat plus de inhoud ervan; een fles van 75 cl weegt over het algemeen 1,3 kg)
Plaats het apparaat niet in de openlucht en bewaar een afstand van minstens 200 mm tussen de
bovenkant van de kast en het plafond erboven.
Noot: in buitengewone omgevingsomstandigheden kan de dooiwateropvangbak op de achterkant, vlak bij
de compressor, overlopen.
Daarom raden wij aan om de aard van de wand- en vloeroppervlakken in de installatiezone
zodanig te kiezen dat vocht of mogelijke watervorming geen schade aanrichten.
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
Zorg ervoor dat u de veiligheidsinstructies in het begin van deze gebruiksaanwijzing aandachtig
leest.
Als de wijnkast tijdens het vervoer of de plaatsing sterk gekanteld werd, mag u vooral niet vergeten om uw
wijnkast 24 uur lang verticaal te laten staan voordat u ze aansluit. Zo kan de smeerolie terugvloeien en in
de compressor verzameld worden.
Als dat niet gebeurt, kan het koelsysteem volledig defect raken.
Raadpleeg de veiligheidsinstructies die in het begin van de gebruiksaanwijzing vermeld worden!
Uw wijnkast is uitgerust met een aansluitkabel en een eenfasig stopcontact van 230 V / 50 Hz (EG-norm).
Ze moet worden aangesloten op een wandcontactdoos met aarding en een beveiliging van minstens 10 A.