4
· Open de deur van de vrieskast niet vaker dan nodig
is. Dat geldt in het bijzonder bij warm en vochtig
weer. Zorg er ook voor dat de vrieskast maar zo kort
mogelijk open is.
· Controleer af en toe of het apparaat voldoende koelt
(vrije circulatie van de lucht achter het apparaat).
· Draai de thermostaatknop van een hogere op een
lagere stand wanneer het gebruik van het apparaat
en de omstandigheden dit vergen.
· Laat de levensmiddelen afkoelen tot op kamertemper-
atuur alvorens ze in te vriezen.
· Rijp of ijslagen doen het stroomgebruik toenemen,
verwijder deze daarom regelmatig zodra ze 3-5 mm
dik zijn.
· Een verkeerd of niet afdichtend deurrubber kan het
stroomverbruik verhogen, daarom moet het tijdig en
vakkundig worden vervangen.
· De condensor aan de achterkant van de kast moet
altijd schoon en vrij van stof of ongerechtigheden
worden gehouden.
· Elke instructie uit de hoofdstukken installatie en
energiebesparing die niet wordt nageleefd, kan leiden
tot een hoger stroomverbruik.
· Wanneer u thuis een oude, niet meer gebruikte
koelkast/diepvriezer met een slot of grendel, die
van binnen uit niet geopend kan worden, vervangt,
maak deze dan onbruikbaar. Zo kunt u kinderen voor
eventuele verstikking behoeden.
· Sluit het apparaat op de juiste wijze op het electricit-
eitsnet aan (zie het hoofdstuk Aansluiten).
· Raak wanneer het apparaat in werking is de
koelribben niet aan, vooral niet met vochtige of
natte handen omdat dan de huid er aan kan blijven
plakken.
· Bevries geen dranken in flessen, vooral geen
koolzuurhoudende dranken zoals spawater,
champagne, bier, cola enz.. Vloeistoffen zetten uit
bij bevriezing en het glas kan barsten.
gebruiksaanwijzing
voor de ingebruikname
energiesparen
belangrijke wenken
142066