67
Wanneer een veiligheidsvoorziening wordt geactiveerd, wordt er een storingscode (die geen externe fout inbegrepen heeft) in het
bedieningspaneel weergegeven.
Zie de onderstaande tabel voor een lijst van alle storingen en corrigerende maatregelen.
Reset de veiligheidsvoorziening door het apparaat UIT en IN te schakelen.
Neem contact op met uw lokale dealer als het resetten van deze veiligheidsvoorziening mislukt.
13.4 Storingscodes
1. Het draadcircuit is kort aangesloten of geopend. Sluit de draad
opnieuw en correct aan.
2 Waterdebiet is te laag.
3. Storing van stroomschakelaar, de schakelaar opent en sluit
voortdurend. Vervang de waterloopschakelaar.
Storing van waterstroom
(na 3 keer E8)
1. Er is geen draadverbinding tussen de bedrade controller en het
apparaat. Sluit de draad aan.
2. De volgorde van de communicatiedraad is niet correct. Sluit de
draad aan in de juiste volgorde.
3.Als er interferentie is van een hoog magnetisch veld of een hoog
vermogen, zoals liften, grote vermogenstransformatoren, enz.
Scherm het apparaat af of verplaats het apparaat naar een andere
plek.
Communicatiestoring tussen de
controller en hydraulische
module
1. Controleer de weerstand van de sensor
2. De T1-sensoraansluiting zit los. Sluit hem opnieuw aan.
3. De T1-sensorconnector is nat of er zit water in. Droog de
connector. Voeg watervaste lijm toe.
4. De T1-sensor is defect, vervang door nieuwe sensor.
Storing van uitlaat
watertemp.sensor (T1)
1. Controleer de weerstand van de sensor
2. De T5-sensoraansluiting zit los. Sluit hem opnieuw aan.
3. De T5-sensorconnector is nat of er zit water in. Droog de
connector. Voeg watervaste lijm toe
4. De T5-sensor is defect, vervang door nieuwe sensor.
5. Als u de leidingwaterverwarming wilt sluiten en de T5-sensor
niet is aangesloten op het systeem, dan kan de T5-sensor niet
worden gedetecteerd, zie “10.5.1 WARMWATERINSTELLING".
Storing van
watertanktemp.sensor (T5)
Controleer of alle afsluitkleppen van het watercircuit volledig zijn
geopend.
Controleer of het waterfilter moet worden schoongemaakt.
Zie "9.5 Vulwater".
Zorg ervoor dat het systeem luchtvrij is (ontlucht).
Controleer de waterdruk. De waterdruk moet >1 bar zijn.
Controleer of de pomp op de hoogste snelheid is ingesteld.
Zorg ervoor dat het expansievat niet kapot is.
Controleer of de weerstand in het watercircuit niet te hoog is voor
de pomp (zie “10.
De circulatiepomp").
Als deze storing zich voordoet bij het ontdooien (tijdens de
ruimteverwarming of verwarming van leidingwater), moet u ervoor
zorgen dat de voeding van de back-upverwarming juist is bekabeld en
dat de zekeringen niet zijn doorgebrand.
Controleer of de pompzekering en PCB-zekering niet zijn
doorgebrand.
Waterloopstoring
Buffertank hoog
temp.sensor (Tbt1) fout
“1. Controleer de weerstand van de sensor.
2. De Tbt1-sensoraansluiting zit los. Sluit hem opnieuw aan.
3.De Tbt1 sensoraansluiting is nat of er zit water in, verwijder het
water, maak de aansluiting droog. Voeg watervaste lijm toe.
4. De Tbt1-sensor is defect en moet worden vervangen.”
STORING OF
BEVEILIGING
STORINGSOORZAAK EN CORRIGERENDE MAATREGEL
STORINGSCODE
Summary of Contents for AW-WHPMA04-H91
Page 2: ......
Page 3: ......
Page 24: ...19...
Page 76: ...71...
Page 86: ...20 21...
Page 89: ...NOTE...
Page 173: ...NOTE...
Page 249: ...P6 74...
Page 257: ...NOTE...
Page 424: ...NOTE...
Page 508: ...NOTE...