NL
84
geleidingsschijven aan de linkerkant, en zorg ervoor dat het blad gecentreerd is.
5.
Bevestig het aandrijfwiel op de as, met de conische zijde naar buiten gericht. Als het aandrijfwiel niet
voorbij de waterplaat kan bevestigd worden, moet u de spaninrichting van de aandrijving net genoeg
vastdraaien opdat het wiel voorbij de waterplaat kan bevestigd worden. Bevestig de flens, en draai
deze tot hij uitgelijnd is met de as. Blokkeer de schijf met de haaksleutel, en haal de asbout aan met de
ringsleutel met T-handgreep.
6.
Haal één knop van de spaninrichting van de geleiding net genoeg aan om ervoor te zorgen dat de
geleidingsschijf niet van het blad glijdt. Om te testen of de schijf wegglijdt, gebruikt u de sleutel met
T-handgreep op de moer van de geleidingsschijf om deze achterwaarts en voorwaarts te draaien. Als
de drukspanning net voldoende is voor het blad om de beweging van de geleidingsschijf te volgen,
haalt u de moer nog 1/8 slag verder aan. Span de spaninrichting van de geleider niet teveel aan. Een
overspanning veroorzaakt een onnodig hoge belasting op de motor, en zorgt voor een grotere slijtage
van het mechanisme. Herhaal deze werkwijze voor de andere spaninrichting van de geleider.
7.
Gebruik de sleutel met T-handgreep op de asbout, en draai deze heen en terug terwijl u de knop van de
spaninrichting van de aandrijving aanhaalt tot er net voldoende spanning is om met het aandrijfwiel het
blad te laten ronddraaien zonder dat het slipt. Draai ze vervolgens nog een kwartdraai verder aan. Span
de aandrijving niet teveel aan.
8.
Schuif de afdekplaat van het aandrijfwiel op haar plaats over het aandrijfwiel, en draai de duimknop vast.
9.
De aandrijfspanning moet regelmatig afgesteld worden, omdat de interface van het aandrijfwiel en het
blad met de tijd verslijten. Haal in dit geval de spaninrichting van de aandrijving een beetje aan, net
voldoende om ervoor te zorgen dat het blad niet slipt.
WAARSCHUWING: Stel de aandrijfspanning nooit af terwijl de zaag in werking is.
OPMERKING: Vervang het aandrijfwiel altijd door een nieuw exemplaar wanneer u een versleten blad
vervangt. Het aandrijfwiel en het blad verslijten samen en moeten als één set vervangen worden.
Controleer het blad vóór het gebruik. Het mag niet zodanig gebarsten, vervormd of beschadigd zijn dat het
bij gebruik gevaar veroorzaakt. Losse diamantsegmenten kunnen op hoge snelheid uitgeworpen worden,
en mogelijke letsels veroorzaken. Controleer altijd of de diamantsegmenten niet ondersneden zijn. Als de
diamantsegmenten dunner of bijna dunner zijn dan de bladkern, is de passing van de snede te nauw, en kan er
gemakkelijk een terugslag optreden.
Controleer de bladen op een beschadiging van de segmenten of een andere beschadiging die kan leiden tot
een gevaarlijke werking.
SPATSCHERMEN
De spatschermen met veerspanning zijn nuttig om de slurry die naar achteren spat te helpen tegenhouden.
Het bovenste scherm heeft een doorschakelveer die vergrendeld wordt in de volledig geopende stand als ze
helemaal naar achteren getrokken wordt. Het onderste scherm heeft een klem die kan gebruikt worden om het
scherm in de volledig geopende stand te vergrendelen.
Summary of Contents for R13
Page 89: ......
Page 90: ...Version 20181127 ...